De U.S. Libertarian Party had van l t/m 4 september haar zevende nationale congres. Behalve vele lezingen en workshops werd hier de basis gelegd voor allerlei commissies i.v.m. de presidentsverkiezingen van 1980.

Dan waren er natuurlijk ook stands van de meest uiteenlopende organisaties. Libertarisme kan blijkbaar erg ruim opgevat worden: er waren stands van libertarische feministen, christenlibertariërs, gay lib’s, een organisatie “L5”, die zich bezighoudt met het ontwikkelen van een ruimtekolonie, S.I.L., boekwinkels, etc. Dit alles speelde zich af in het Cosley Plaza Hotel, dat genoeg ruimte bood aan de + 1.000 deelnemers voor de meest uiteenlopende programma’s.

Verschillende programmas vonden tegelijkertijd plaats en omdat uw verslaggever vrijdag en zaterdag niet aanwezig kon zijn, volgt hier een verslag van slechts een gedeelte van de aktiviteiten.

Zondagochtend begon voor mij met een lezing van Dave Nolan over “Yes on 23”. “Yes on 23” is de naam van een organisatie, die zich beijvert om de loonbelasting op te heffen. “Yes on 23” kwam echt goed van de grond nadat in Californië “Proposition 13” was aangenomen (Proposition 13 leidde tot een drastische verlaging van de belasting op onroerend goed in Californië, wat in de hele U.S. een overweldigende aandacht kreeg en politieke verschuivingen teweeg heeft gebracht). Nolan gebruikte als argument om achter “Yes on 23” te staan:

“De overheid is geneigd zich steeds meer uit te breiden (en dus de vrijheid te beknotten). Een van de manieren om die uitbreiding tegen te gaan is door de overheid minder inkomsten te laten hebben. Dit kan door minder belasting te betalen.” Ondertussen is “Yes on 23” al door zeven staten ondertekend, waardoor het mogelijk is dat er meer zullen volgen.

Hierna bezocht ik een workshop genaamd “Hitting without getting hit back”. Deze workshop gaf een goed beeld hoe in de U.S. politieke campagnes georganiseerd worden. “Aangezien zo veel politici hier met vuile zaken bezig zijn (geweest), is er altijd wel wat te vinden om een opponent mee te confronteren. Dit openbaar te maken kan soms een goede wending aan het verloop van een verkiezing geven”.

Voornamelijk werd er ingegaan op de verkiezingscampagne:

  • hoe documentatie over bepaalde tegenstanders aan te leggen, zodat uitspraken en beloften van vroeger vergeleken kunnen worden met latere uitspraken en feiten;
  • welke feiten zijn goed voor gebruik in een campagne (bv. er werken 5.000 politiemensen aan ‘victimless crimes’, dit kost ….. en heeft als resultaat….);
  • laat gelijkdenkende journalisten moeilijke vragen (gebaseerd op je onderzoekingen) aan je opponent stellen.

Richard Ebeling ging in zijn lezing o.a. in op het Vietnamese vluchtelingenvraagstuk.

Hij toonde aan, dat als er geen vrij verkeer van mensen, goederen en geld tussen landen is, die altijd ten nadele van het land met de barrières uitvalt. Of het tegenovergestelde en meer specifiek: “Hoe kan een land als de Verenigde Staten, wat groot is geworden door letterlijk scheepsvrachten mensen uit Europa te laten komen, zo gemakkelijk de toegang aan veel buitenlanders ontzeggen”.

Roy Childs (hoofdredakteur van Libertarian Review) behandelde de bewapeningswedloop tussen de U.S. en Rusland. Hij achtte een eerste aanval van Rusland onwaarschijnlijk. Iemand uit Europa was daar nog niet zo zeker van, wat Childs beantwoordde met: “Als mensen in Europa zich tegen wie of wat dan ook willen verdedigen, is dat volledig hun individuele zaak”.

’s Avonds was er een banquet waarbij Robert Bleiberg (hoofdredakteur van het toonaangevende financiële weekblad Barrons) een praatje over de economische situatie in de U.S. hield. Hij begon zijn verhaal door te zeggen, dat de Dow Jones index 878 had gehaald. Als men inflatie mee zou rekenen, dan zou de echte D.J. waarde die van de crash van 1929 benaderen. Een aardig begin om de spijsvertering op te wekken.

Bleiberg benadrukte de slechte economische toestand in de U.S., die niet bepaald geholpen werd door overheidsmaatregelen. Benijdenswaardig was dat tijdens het banquet zo’n $2,400.-aan de Libertarian Party gegeven werd door +300 mensen.

De volgende dag brak snel aan via een party gegeven door de Society for Individual Liberty. Hier bleek, dat libertariërs goed pret kunnen maken en dat ze behalve sombere voorspellingen ook kunnen lachen om allerlei stunts, die sommige overheden weer uitgehaald hebben.

Maandag begon met een flitsende sessie van Michael Emerling. Michael trachtte ons de “kunst van politieke overreding” bij te brengen.

Na enige psychologische trucs, o.a. om het luisteren naar anderen te verbeteren, legde hij uit dat luisteren de manier was om iemand te overreden. Door goed te begrijpen wat de ander wil of bedoelt is er altijd wel een punt waar “libertarische overeenkomst” over bestaat. Per slot van rekening verkoop je vrijheid en is er altijd wel iets waarbij eikaars ideeën overeenkomen. Zorg er dan wel voor dat je de taal van de ander spreekt (een hippie zal vaak heel andere dingen willen horen dan een conservatief).

Let wel, Emerling hield zijn boeiende sessie specifiek om libertariërs te leren zoveel mogelijk stemmen te krijgen.

Hierna kon de film “Libra” van “World Research Inc” bekeken worden. Deze film liet zien hoe kolonies in de ruimte gemaakt kunnen worden. Daarbij werd op satirische wijze ingegaan hoe tegen 1990 de situatie op aarde zou kunnen zijn: het ministerie van energievraagstukken beschikt over elektriciteit, terwijl de rest van New York het met kaarsen moet doen.

Volgend jaar zal het congres in San Francisco plaatsvinden, waarbij dan nog veel meer mensen verwacht worden, o.a. omdat dan de libertarische presidentskandidaat gekozen wordt voor de verkiezingen van 1980.