Dieren overleven door zichzelf aan de omgeving aan te passen terwijl wij mensen overleven door onze omgeving aan onszelf aan te passen.

De eerste stap die wij moeten ondernemen om dit voor elkaar te krijgen is door kennis op te doen over de wereld, dus deze te begrijpen.

Als wij te-hooi-en-te-gras deze kennis vergaren, dan zijn wij minder effectief dan als wij deze kennis netjes gestructureerd in onze hersenen aanbrengen. Nu is de vraag: hoe kunnen wij dit zo góéd mogelijk doen?

Het antwoord is: door te definiëren.

Over wat definities zijn bestaan veel misopvattingen. Veel mensen denken bijvoorbeeld, dat een definitie een omschrijving is van wat iets is. Dit is beslist niet waar! Weer anderen geloven, dat een definitie een serie willekeurige woorden zijn die op een grammaticaal-juiste manier achter elkaar geplaatst zijn en van een willekeurige betekenis voorzien wordt. Dit is echter óók niet waar.

Een definitie is een omschrijving die duidelijk maakt hoe datgene wat gedefinieerd wordt zich verhoudt tot en onderscheidt van alle andere kennis die iemand heeft.

De primaire functie van definities is daarom het ordenen van de kennis in het brein. Dit geordende brein wordt daarmee een effectief brein, dus een brein dat de juiste kennis in de juiste situatie toepast. Hoe geordender het brein, hoe effectiever de mens. Hoe beter de definities dan ook zijn, hoe beter ze het brein ordenen.

Je moet echter, wil de definitie deze ordenende taak kunnen verrichten, wél bewust nadenken over de betekenis van deze definitie.

Als u dit nalaat dan heeft dit het tegenovergestelde resultaat, want het klakkeloos memoreren van definities heeft geen énkel ordenend effect. In tegendeel zelfs, want er is dan meer ongeordende kennis bijgekomen, zodat de chaos alleen maar groter is geworden. En een chaotisch brein heeft geen overlevingskracht. Ik zal u nu een aantal voorbeelden laten zien van de effectiviteit van het hanteren van definities. Niet lang geleden zat ik in de trein, en hoorde hoe twee mensen aan het discussiëren waren over hoe zij kandidaten voor verschillende baantjes selecteerden. Meneer A beweerde op een gegeven moment, dat alle mensen gelijkwaardig waren, maar niet gelijk. Meneer B vroeg toen, volgens welke standaard mensen dan wel gelijkwaardig genoemd zouden moeten worden. Nadat ze hier enige tijd over gediscusieerd hadden, kwamen ze er niet uit, en lieten het onderwerp verder rusten.

Als ze duidelijk gedefinieerde begrippen gehad zouden hebben, dan zouden ze hier gemakkelijk zijn uitgekomen. Kijk zélf maar.

De eerste vraag die gesteld moet worden is: wat is de definitie van het begrip “waarde”? Een waarde is een bepaald aspect van de werkelijkheid met eigenschappen waaraan een individu kan zien dat deze eigenschappen hem kunnen helpen een doel dat hij zichzelf gesteld heeft naderbij te brengen, of zelfs kunnen doen bereiken.

Het begrip waarde is daarom een abstractie die betrekking heeft op een doel dat iemand nastreeft. Het begrip waarde verbindt een doel daarom met een persoon die dit doel nastreeft.

Als je daarom spreekt over de waarde van mensen, dan pas je het begrip waarde verkeerd toe, want mensen zijn geen objecten waarmee andere mensen kunnen doen wat ze maar willen. Mensen zijn er in de eerste plaats voor zichzelf.

Als je het begrip waarde toepast op mensen dan ontken je impliciet dat ze er in de eerste plaats voor zichzelf zijn, en je reduceert ze dan tot dingen, tot objecten. Dit betekent dat je niet moet zeggen dat mensen gelijkwaardig zijn, maar dat je moet zeggen dat elke mens groter is dan elke waarde. Mensen transcenderen elke waarde, want mensen zijn wezens die waarden zien als ze zichzelf doelen stellen. Als mensen geen doelen stellen, dan kennen ze geen waarden, en zien alles als waardeloos. Het begrip waarde is niet toepasbaar op mensen als geheel genomen.

Het is echter wél mogelijk om de vaardigheden die iemand bezit te beschouwen en nagaan of deze vaardigheden voor jou bruikbaar zijn. Als dit het geval blijkt te zijn dan kun je een contract proberen af te sluiten zodat hij zijn vaardigheden in dienst stelt van jou in ruil voor iets dat jij ervoor teruggeeft.

Of je beoordeelt het contact wat je met iemand hebt als plezierig of als naar, en het kan óók nog zo zijn dat het gedrag van iemand anders storend voor jouw eigen functioneren is (geweld).

Oordelen over de mens zélf reduceert hem tot een ding, een object.

Op dit punt had mijns inziens Ayn Rand daarom ongelijk.

De zin van het bestaan. Laten we nu de volgende vraag eens gaan bekijken. “Wat is de zin van het bestaan?” Als we goed naar deze vraag kijken, dan kunnen we zien, dat deze vraag ook nog anders gesteld kan worden, n.l.:

“Wat is de waarde van het bestaan?”

Zoals we hierboven zagen hangt het begrip waarde van een doel af dat door iemand gekozen is. Deze vraag vooronderstelt daarom één of ander superieur wezen, of, zoals U wilt, God, die deze wereld dan geschapen zou hebben met het oog op een doel wat hij er dan zou mee willen bereiken. En het bestaan van een dergelijk wezen is nog maar de vraag, temeer daar er geen énkel bewijs voor het bestaan van een dergelijk wezen is.

De vraag naar de zin van het bestaan kan dan ook alléén serieus gesteld worden door iemand, die ergens nog in het bestaan van een God gelooft. Als u dan ook niet in een God gelooft, dan kunt u deze vraag dan ook afdoen als zijnde een schijnvraag. U heeft nu gezien, waar een simpele definitie allemaal toe kan leiden. U zult in de Vrijbrief een heleboel definities gaan aantreffen, van Kapitalisme tot Wijsheid, van Liefde tot Schoonheid, van Persoon tot Filosofie. U kunt nadat u deze definities onderzocht hebt, uw individuele vermogen de werkelijkheid en uzelf te begrijpen enorm vergroten. En daaruit ontstaat dan een enorm effectief handelen.

Koos Swart is iemand, die zich bezig houdt met het verder ontwikkelen van Objectivistische en andere filosofieën, en is van beroep filosoof.

Hij heeft recentelijk een filosofische praktijk geopend waar iedereen terecht kan om een breed scala van onderwerpen te onderzoeken, en problemen, ook van persoonlijke aard, te bespreken.