Aan de term “nieuw rechts” (verder NR) wil ik hier een wat meer precieze betekenis geven dan wellicht op het eerste gezicht zou vermoed worden. Het betreft hier de in Frankrijk ontstane, maar naar andere landen uitgedijde denkrichting die soms ook als “nieuwheidens” of “neo-paganistisch” wordt omschreven.

Net als het libertarisme biedt NR ruimte voor interne accentverschuivingen en zelfs diepgaande meningsverschillen. Ook nationaal zijn er verschillen. Met de Engelse beweging, o.m. rond het tijdschrift The Scorpion voel ik mij b.v. meer verwant dan met de Franse. De in een moderne context wat onthutsend aandoende term “heidendom” biedt alvast een invalshoek: NR is, in tegenstelling tot “oud” rechts, duidelijk antichristelijk, maar ook het voor de hand liggende alternatief, dat van de rationalistische vrijzinnigheid, wordt afgewezen. In de plaat daarvan wordt de Europese spiritualiteit van Grieken, Kelten en Germanen aangeboord Het christendom wordt verworpen o.m. omdat het een uit het Oosten ingevoerd element is en bovendien vreemd aan onze volksaard. Het wordt zijn universalisme verweten (de “smeltkroesideologie”, mensen zijn gelijk voor God) en vijandigheid tegenover de aarde en leven. Kortom: het christendom wordt verworpen als de linkse ideologie bij uitstek, waarbij links is gedefinieerd als: gelijkschakeling, egalitaristisch. Dit egalitarisme wordt vervangen door “het recht om anders te zijn”, het differentialisme.

Typisch voor NR is nu dat dit recht om anders te zijn niet alleen (zoals vele libertariërs zouden doen) voor het individu gesteld en verdedigd wordt maar ook en misschien vooral voor kleine en grote gemeenschappen, zeg maar alles van je dorp tot … Europa. De Franse beweging is b. v. zeer grootschalig en ziet bijna alles in Europese termen, terwijl men in Engeland meer decentralistisch en op lokale eigenheid gericht is. Als vuistregel kun je dan ook stellen dat al wat meer dan louter individueel en minder dan universeel is, potentieel de belangstelling en sympathie van de “nieuwe heiden” kan veroveren: de waarden, cultuur, geschiedenis, materiële welvaart van eigen dorp, streek, land, ras of werelddeel. Omgekeerd zijn ook de twee vijanden aan de grenzen geïdentificeerd: het atomistische individualisme, dat alles tot het individu wil herleiden, en het mondialistisch globalisme, dat wat minder dan planetair is als verouderd, eng of bekrompen afwijst. Bovendien wijst NR erop dat die twee uitersten, niet verwonderlijk trouwens, elkaar raken. Het extreme individualisme, dat al wat het individu tot een gemeenschap doet behoren vernietigt, reduceert hem daardoor tot een willekeurig en ontworteld element tussen de miljarden anderen, totaal overgeleverd aan de jongste modegril van de internationale media, multinationals en popideologieën. Niet te verwonderen dan ook dat NR resoluut anti-Amerikaans is. Amerika symboliseert immers bij uitstek de moderne antiwaarden van de koude, atomiserende rationaliteit. Niets heeft waarde, maar alles heeft zijn prijs. Wat men is wordt gereduceerd tot wat men heeft. Kwantiteit primeert op kwaliteit. Wat niet in termen van onmiddellijk persoonlijk belang kan worden gerationaliseerd, wordt terzijde geschoven. Nieuwrechtse denkers als Alain de Benoist (zowat de bekendste en meest productieve) en Guillaume Faye wijzen dan ook graag op wat Amerika en Rusland (Of, in meer ideologische termen, het liberalisme en het marxisme) gemeen hebben: internationalisering van mensen, goederen en waarden; economisme en aanbidding van efficiency; afwijzing van het spirituele en mythologische of het reduceren ervan tot een privé-hobby; het beschouwen van de gehele aarde als louter een reservoir van goederen voor menselijke behoeftebevrediging. Wanneer we zien dat de libertariër Henri Lepage waarschijnlijk meer economisch-deterministisch denkt dan de meeste hedendaagse marxisten, verbaast het dan ook niet dat de betrekkingen in Frankrijk tussen NR en de jonge libertarische beweging niet al te hartelijk zijn.

Interessant is de manier waarop NR het rassenprobleem benadert. Beroepsantiracisten staan immers klaar om al wie grootschalige vermenging op dat gebied niet toejuicht meteen als “racist” te bestempelen. Zeer handig keren de nieuwrechtse denkers (o.m. de Benoist in zijn jongste boek Europe – Tiers Monde: Même Combat) dit argument om door te verklaren dat precies hetgeen nu gebeurt racisme is: aan de volkeren van de Derde Wereld wordt een economisch en cultureel patroon opgedrongen dat hun vreemd is en waar de meeste van hen bitter weinig mee gebaat zijn. Migranten worden naar hier gelokt en in omstandigheden geplaatst waar ze enkel maar kunnen kiezen (voor zover zelfs dat!) tussen zich in een ghetto opsluiten of integreren, d.w.z. totaal hun eigenheid verliezen. De Benoist pleit dan ook voor solidariteit van Europa en de Derde Wereld tegen de twee machtsblokken, gebaseerd op “enracinement” (moeilijk te vertalen woord!) in eigen geaardheid en tradities. Verbasterende integratie daarentegen, ook als men ze herdoopt tot het mooier klinkende “multiculturalisme”, leidt precies tot “déracinement”, ontworteling, losgeslagenheid. Niet iedereen is filosoof. De meeste mensen hebben er geen behoefte aan de fundamentele vragen over wat waar, goed en mooi is steeds opnieuw te herkauwen. Waar ze behoefte aan hebben is de veiligheid en geborgenheid van de meestal impliciete antwoorden die hun eigen cultuur op die vragen geeft en waarop ze kunnen verder bouwen. Lapidair uitgedrukt en in tegenstelling met wat de voorstanders ervan ons willen doen geloven; bij multiculturalisme is het geheel minder dan de som van de delen.

Met het merendeel van wat hierboven beschreven wordt en dus met de basisideeën van NR kan ik het persoonlijk wel eens zijn. Stippen we nu enkele minder positieve punten van o.m. de Franse NR aan, zoals die ook in een recent nummer van The Scorpion werden aangehaald. Jammer genoeg zijn de “Franse” standpunten overheersend in de andere landen waar NR enige betekenis heeft.

Er zit veel holle heldhaftigheid in de nieuwrechtse geschriften. De burgerlijke kostenbatenmentaliteit op de korrel nemen is één zaak, maar “geluk” als dusdanig afwijzen ten voordele van de wil, de macht en de grootheid zegt mij al een stuk minder. Als heidenen blijken de nieuwrechtsen zich verbazend weinig met de natuur en het milieu in te laten. Ze verheerlijken liever de kernenergie en de ruimtevaart dan zich te bekommeren om verdwijnende dier- en plantensoorten (wat nochtans prachtig in hun hang naar verscheidenheid zou passen!). Het overbevolkingsprobleem laat hen onverschillig. Men kan nog zozeer tegen het mondialisme zijn, ecologische problemen hebben nu eenmaal een mondiaal aspect. Chernobyl tast alle volkeren aan, tot welke cultuur ze ook behoren. En wanneer men NR hoort schimpen op de “vervlakkende ideologie van de universele mensenrechten” denkt men: als theorie valt daarover te praten, maar gewoonlijk dienen die mensenrechten om te protesteren tegen b.v. folterpraktijken. Wat heeft NR daarover te zeggen? Of behoort het soms tot de “eigenheid” van elke regering om rustig haar onderdanen naar eigen believen en, veronderstellen we, volgens eigen “tradities” te mishandelen? En tenslotte (maar dat is in de Vrijbrief bijna een overbodige opmerking) mag NR wel wat wantrouwiger staan tegenover de macht van staat en regering in het algemeen.

Laat ik, op een praktische noot, besluiten met, uit de vele nieuwrechtse tijdschriften, er een drietal voor mogelijke verdere studie te vermelden.

1 REACTIE

  1. Waarom wordt meteen in de eerste regel van het artikel de indruk gewekt dat het heidendom en (neo)paganisme nieuw-rechts zijn?
    Heidendom staat los van ieder politiek idee. Links- zowel als rechts geörienteerde individuen kunnen heidens zijn. Helaas wordt voornamelijk door nieuw-rechtse bewegingen misbruik gemaakt van het heidense gedachtegoed om eigen politieke ideeën uit te dragen en verkondigen, maar dit is absoluut geen gerechtvaardigde implicatie dat heidendom een politiek rechts geörienteerd gedachtegoed is.
    met vriendelijke groet,
    Els

Comments are closed.