De geschiedenis van de vrijheid is al vele eeuwen oud. Meer dan 4000 jaar geleden werd het…
De geschiedenis van de vrijheid is al vele eeuwen oud. Meer dan 4000 jaar geleden werd het woord al gebruikt. Wat men er toen precies mee bedoelde is niet duidelijk; en ook thans is in een discussie de kans groot dat iedereen er wat anderes onder verstaat.
Het begrip ‘libertarisme’ brengt hier meer duidelijkheid: bedoeld wordt de vrijheid van elk individu ten opzichte van elk ander individu (of groep van individuen).
De eerste filosofische basisgedachten van het libertarisme zijn te vinden bij Aristoteles in de vierde eeuw voor Christus. Maar een doorbraak komt pas van John Locke op het einde van de zeventiende eeuw en van Thomas Paine in de achttiende eeuw.
De Amerikaanse revolutie in 1776 wordt wel een ‘de eerste Libertarische Revolutie’ genoemd. Niet omdat het de revolutie was waarmee de Verenigde Staten zich losmaakten van Engeland – dat zou immers, net als de meeste andere revolutie, betekenen dat slechts de ene heerser door de andere werd vervangen – maar wel omdat er voor het eerst een grondwet kwam die het individue tegen de staat beschermde, niet omgekeerd. Deze grondwet is ook nu nog een meesterwerk van libertarisme. Jammer dat er nogal wat zwakke punten in zaten, die er toe geleid hebben dat thans ook in de VS de individuele vrijheid ver te zoeken is.
Op economische gebied werkte in diezelfde tijd (1776) de bekende Adam Smith, die in de twintigste eeuw waardige opvolgers gevonden heeft in Ludwig von Mises en Friedrich Hayek (het bekende boek van Hayek, ‘De Weg naar Slavernij’ is onlangs in het Nederlands uitgegeven.
Vanaf 1900 verschenen er steeds meer personen en publicaties die voor de individuele vrijheid pleitten. Ook al moeten we constateren dat de hele wereld nog steeds verder afglijdt in de richting van de collectivistische ‘heilstaat’ (die beweert van de wieg tot het graf – of vanaf de conceptie tot de wederopstanding – voor iedereen te kunnen zorgen, zij het dan ten koste van alle anderen!), toch gaan de sterren van de persoonlijke vrijheid steeds helderder schijnen.
Een zeer grote invloed op de ontwikkeling van het libertarisme heeft Ayn Rand gehad door de publicatie van haar filosofie die ze ‘Objectivisme’ noemde. Zij heeft daarmee voor veel personen een morele basis voor individuele vrijheid duidelijk gemaakt. De thans nog actieve Nathaniel Branden, Peter Breggin, Murray Rothbard en veel anderen hebben eveneens een grote invloed op de ontwikkeling van het libertarisme gehad.
In 1968 is door Don Ernsberger en Dave Walter de SIL opgericht, de Society for Individual Liberty. Dit is nog steeds een van de grootste, niet-politieke organisaties die aan het verspreiden van het libertarische ideaal werkt.
In 1970 werd door David Nolan in de VS de eerste libertarische politieke partij opgericht. Zij is tot de derde grootste partij gegroeid (maar stelt natuurlijk ten opzichte van de twee grote partijen niet veel voor!). In andere landen wordt ook getracht het libertarisme via de politieke weg te verspreiden. Dit ondermeer in Canada, Engeland en Australië. De politieke acties vormen echter maar een heel klein deel van alles wat er op libertarisch gebied gebeurt. Er zijn zelfs steeds meer libertariërs die tot de overtuiging komen dat de politiek de verkeerde weg is om tot de vrijheid te komen. De ‘voluntaryists’ (voluntariërs?) stellen zelfs dat het de verkeerde weg is omdat de politiek principieel methodes gebruikt die onverenigbaar zijn met de libertarische principes. En zij zijn niet de enigen die dit stellen.
Het libertarisme is op dit moment niet een hechte organisatie of vereniging. Er is geen wereld- of landelijk bestuur. Er zijn wel tientallen, ja honderden, groepen en individuen die ieder op hun eigen manier aan hetzelfde ideaal werken. Het libertarisme is een beweging die over de hele wereld groeit.
Om uiteindelijk succesvol te zijn is het misschien nodig dat er op den duur wel iets al een organisatie komt. Het zal in ieder geval heel moeilijk zijn, want het is in grote mate strijdig met de individualistische geaardheid van libertariërs. Als we echter zien dat de grote kracht van de staat net zit in het feit dat hij een sterke organisatie heeft, dan moeten we ons afvragen wat we daartegenover kunnen zetten zonder ook zelf georganiseerd te zijn.
In 1980 is door Vince Miller en Bruce Evoy ‘Libertarian International’ opgericht. Dit is een internationale organisatie op niet-politieke grondslag die zich misschien kan ontwikkelen in een overkoepelend orgaan.
De tijd zal het leren!
Ir. H.J. Jongen Sr. is organisatieadviseur. Hij is voorzitter van de stichtingen Libertarisch Centrum Nederland en LIFHAS (Libertarisch Fonds voor Hulpacties) en vertegenwoordiger van Libertarian International.