De Eerste Revolutie van de mensheid voltrok zich zo’n 30.000 jaar geleden. Sinds die eerste revolutie zijn er nog drie revoluties geweest. U en ik staan aan de vooravond van de vijfde revolutie.

Het onderstaande is het eerste commentaar op het concept van het boek ‘Missive to the Libertarians’. Binnenkort zal dit boek worden uitgegeven onder de Jason Alexander heeft onder andere een analyse gemaakt van de echte revoluties die vooruitgang voor de mensheid hebben gebracht.

Wie is Jason Alexander? Een individualist die zich ooit sterk aangetrokken heeft gevoeld tot het Objectivisme en pas sinds kort bekendheid begint te krijgen bij de Libertariërs. Hij wil beslist geen filosoof genoemd worden omdat dat begrip ‘de liefde voor wijsheid’ inhoudt. Zij die denken wijs te zijn (of de wijsheid in pacht te hebben) staan meestal lijnrecht tegenover hen die liefde voor kennis hebben (‘philoscience’ is filowetenschap). En het gaat juist om verstandelijk (rationeel) verkregen kennis en de toepassing daarvan. Hij maakt het onderscheid tussen ‘understanding’ (begrijpen) tegenover ‘overstanding’ (‘superstition’), waarbij als uitgangspunt geldt dat alle goeds van boven komt, zoals van overheden, goden, kerkvaders, en allen die graag hun wil aan anderen opleggen.

Alexander heeft zeven kleine boeken geschreven, waarvan Craig Springer in zijn voorwoord bij het zevende zegt, dat ze uitzonderlijk heldere en briljante gedachten weergeven.

Op de Conventie van de Libertarische (politieke) partij van 1987 in North Carolina hield Jason Alexander een toespraak. Hierin waarschuwde hij de aanwezigen tegen tijd- en energieverspilling door zich op partijpolitiek te richten.

Het grootste deel van zijn toespraak ging echter over de revoluties die de mensheid vooruitgang gaven, de essentie van iedere revolutie (en welk tijdperk ingeluid werd), het menselijke vraagstuk (in filo-wetenschappelijke zin) en de kenmerken waarin onze (pro-leven, pro-mens) revolutie degenereerde tot hun (anti-individualistische, anti-leven, collectivistisch) tijdperk. Zie de tabel voor een ordening van deze aspecten.

Onze eerste drie revoluties

De eerste revolutionairen waren goed, zij het op een naiëve wijze; zij hadden dan ook weinig keuze. Deze vroege mensen moesten op juiste wijze identiteit toekennen aan alles was zij in hun wereld tegenkwamen. Een foutieve identiteitstoekenning (bijvoorbeeld: dit is een steen/boom/beer) kon hun dood betekenen. Onjuiste identiteitstoekenning kon leiden tot opgegeten te worden door een beer. In de eerste revolutie werden de grondslagen voor KENNIS gelegd.

De individuen van de tweede revolutie legden de grondslagen voor de REDE (denk aan Aristoteles. Er werd onderscheid gemaakt tussen begrijpen (understanding) en (bij-)geloof (‘overstanding’ is superstition). Met identificatie (A is A) konden sprongen in wetenschappelijke kennis en in sociale ordening worden gemaakt (vergelijk de welvaart van de Griekse stadstaten met de omringende volkeren). Maar, de individuen van de tweede revolutie kenden het onderscheid tussen KENNIS en WIJSHEID nog niet. In zekere zin zijn ze als ‘pre-moraal’ (vóór het ontwikkelen van het begrip van de moraliteit) te beschouwen. Een identificatiefout kon ertoe leiden dat een gehele samenleving opgegeten werd, hetgeen ook vaak gebeurde.

Na 1500 begon de Renaissance, waarin het begrip ‘KEUZE’ onderzocht en ontwikkeld werd. De vraagstelling ‘waarom’ was leidraad: Wat motiveert een mens? Wat is ‘goed’, en wat is ‘slecht’? Het begrip KEUZE legde de koppeling tussen denken en doen. ‘Denken zonder actie is zinloos. Actie zonder denken is dom. Keuze is noodzakelijk om iets conceptueel te realiseren en om te zetten in een existentiële realisatie. Deze keuzen die wij maken, maken ons’.

Het begrip ‘conscience’ (geweten) werd in de derde revolutie ontwikkeld, en houdt in: doen op grond van weten.

Het tijdperk van keuze verviel tot het (collectivistische) tijdperk van ethiek waarin juist de dienstbaarheidsstelling aan de kerk en de staat gepropageerd werden.

De vierde revolutie

De revolutie van de verlichting (ook de industriële revolutie genoemd) vond zo’n 250 jaar geleden plaats; onder andere met de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring en de relatief grote mate van vrijheid van handel en productie. Deze vierde revolutie leidde het tijdperk van de beschaving in en was een revolutie voor en van de gewone man en de gewone vrouw. Daarin is een weelde aan goederen voortgebracht (met ongekende nieuwe vrijheden). Een mens kan nu uit meer zaken kiezen en zich met meer gemak en producten omgeven dan een koning uit de Oudheid ooit voor mogelijk kon houden.

Dit tijdperk staat ook in het teken van mobiliteit van mensen en goederen en heeft als leidraad de vraagstelling ‘WAAR?’.

Dit tijdperk is echter vervallen tot het collectivistische tijdperk van de politiek. Vrijwel alles draait om overheersing door en invloed van overheden.

Volgens Alexander leven wij nu in de zogenaamde post-industriële tijd en onder de vernietigende invloed van de ‘Misleiding van het Altruïsme’. Altruïsme definieert hij als een politieke doctrine die zich voordoet als een ethische doctrine. Altruïsme is de politiek van de overheersing door ANDEREN. Het is de intellectuele basis voor iedere vorm van het Socialisme: van dogmatisch communisme; het zogenaamde mensvriendelijke Euro-Socialisme, tot de militante derde-wereld theologieën (met haar Zuid-Amerikaanse exponenten). leder voorstander van Ander-isme (is Altruïsme) vertelt ons herhaaldelijk dat de tegenpool, ZELF (is Selfishness), slecht is.

De eerste revolutie vond ca. 30.000 v.c. plaats. De tweede revolutie ca. 256 eeuwen later; de derde revolutie 16 eeuwen later; de vierde revolutie ca. vier eeuwen daarna. We zien dat de duur van iedere periode de lengte heeft van de tweedemachtswortel van de duur van de daaraan voorafgaande periode. Als we dit doortrekken zal de vijfde revolutie 2 eeuwen daarna, ofwel nu plaatsvinden.

De vooravond van de vijfde revolutie

Volgens Alexander staan wij aan de vooravond van deze vijfde revolutie. De revolutie zal een tijdperk inleiden waarin de vraagstelling ‘WANNEER?’ centraal zal staan.

Alle voorgaande revoluties hebben, ondanks verwoede pogingen van de contrarevolutionaire (dus anti-vooruitgang) collectivisten ten spijt, de opbouw gegeven voor de revolutie van de Creativiteit.

Meer dan ooit voorheen heeft de mensheid nu te maken met ongekende vindingrijkheid en de productieve en markteconomische mogelijkheden om dit te zetten in ontelbaar veel producten en mogelijkheden. Ondanks pogingen van collectivisten en hun overheden is de wereld één grote markt aan het worden.

Vaak haalt Alexander Ayn Rand aan in zijn boek. Hij stelt dan ook vast dat Ayn Rand, onder andere, de Esthetica slechts weinig verkende en de factor Creativiteit niet voldoende uitwerkte. Eén van de belangrijkste begrippen is tegenwoordig Creativiteit. Dit wordt in de meest actuele literatuur over ondernemingen en bedrijfsleven, waarin vastgesteld wordt dat een onderneming innovatief moet zijn om te overleven, bevestigd. Er wordt dan ook steeds meer van de werknemers gevraagd om vindingrijk te zijn, en de arbeidsomstandigheden worden (zij het nog veel te) langzaam daartoe ingericht.

Wie de lezingen van Bert Fitié over het Informatie Tijdperk, gehouden voor de Kring Rotterdam/Schiedam, heeft gehoord, zal de koppeling kunnen leggen. Wij hebben nu te maken met een nieuw goed (product), n.l.: informatie. Fitié heeft gesteld dat mensen die leven en werken in het Informatie Tijdperk meer dan ooit tevoren gestimuleerd zouden kunnen worden tot ‘libertarisch-vriendelijke’ opvattingen en gedrag. In de Kring Schiedam is daarvoor een researchproject gestart waarin getracht zal worden deze verbanden aan te tonen.

Dit werd ook bevestigd in een lezing van mij voor de Kring Rotterdam/Schiedam over de relatie tussen arbeidsverzuim en arbeidsomstandigheden. Ik concludeerde, op grond van een omvangrijke literatuur-studie, dat ondernemingen alleen dan het arbeidsverzuim omlaag kunnen brengen, hun productiviteit, winst en continuïteit kunnen verzekeren wanneer gehoor en mogelijkheden worden gegeven aan de individualiteit van ‘hun’ werknemers. Pas dan kan de noodzakelijke creativiteit en klantgerichtheid zich ontwikkelen.

Deze vijfde revolutie zal echter veranderingen van een geheel andere orde voortbrengen dan alle voorgaande, mede op grond van het onvoorspelbare karakter van het tijdperk van de Creativiteit.

Wanneer is wanneer?

De revolutie die wij, volgens Alexander, hopelijk binnenkort zullen meemaken (en kunnen bespoedigen) zal tevens het Libertarisme in deze wereld een sterkere plaats geven.

Wanneer is wanneer? Wanneer vindt deze revolutie plaats?

Op een cultureel niveau, daar waar het de samenlevingen als geheel betreft is ‘wanneer’: NU! Op een individueel niveau is ‘waneer’: wanneer U ervoor kiest.

Jammer genoeg sluit Alexander zijn betoog hiermee af; mooi gezegd maar mijns inziens onbevredigend. Elders vat hij een en ander samen: ‘Om het goede leven tot stand te brengen (in orde te krijgen) moet er eerst ordening in de wereld worden aangebracht: Identiteit. Ten tweede volgt daarop de Identificering van Identiteit (het onderscheiden van onderscheid). Ten derde: Evaluatie samenhangend met kiezen. Leidt tot waardenoordelen. Ten vierde leidt dit tot goederen; die de basis leggen voor ten vijfde: het goede leven.

‘Gerealiseerde waarde houdt in: beschaafd bestaan, hetgeen de voorloper en voorwaarde is tot volbrenging. Het pad of de weg naar het vijfde niveau van ervaring vangt aan bij het moraal imperatief ‘goed’, voltrekt zich verder via goederen en komt uit bij het goede leven’.

So what?

Een deel van wat ik in Jason Alexander’s Missive to the Libertarians las, met name het voorgaande (Wanneer is Wanneer?), vind ik mystiek. Een mooie aansluiting van begrippen waarbij de werkelijkheidswaarde voor mij alsnog ontbreekt. Ik zeg bewust alsnog, want zijn analyse van de revoluties en de ordening van dimensies (tijdperken) die Jason Alexander heeft ontdekt vind ik erg aannemelijk. Het geeft ook een goed gevoel om te denken dat ik aan de vooravond van de vijfde revolutie zou leven.

Of dit zo is?

De vorige vier revoluties kan ik plaatsen en worden ook, in andere bewoordingen, door veel geschiedkundigen als zodanig onderkend.

Dat creativiteit het sleutelbegrip van nu aan het worden is, is mij duidelijk. Een gelukkige voorwaarde voor creativiteit is altijd (vroeger en nu) vrijheid voor individuen.

Dat alles zit mee, zou je zo kunnen denken. In ieder geval hoop ik nog meer van Jason Alexander te lezen en te horen. In ieder geval begint vrijheid bij ieder individu zelf, zoals Alexander ook zegt. In ieder geval lijkt de libertarische filosofie steeds gunstiger in de markt te liggen. En dat is een marktgegeven van onvergelijkbare waarde voor individuen, individuele vrijheid en voor libertarische denkers en doeners.

Revoluties (Onze) tijdperken Vraagstelling (Hun) collectivistische tijdperken Collectivistisch uitvloeisel
1e Revolutie van KENNIS (ca. 30.000 v.C.) Tijdperk van IDENTITEIT Wat? Tijdperk van de metafysica Aninisme, panteïsme, monetheïsme, entiteit
Revolutie van de REDE (ca. 500 v.C.) Tijdperk van IDENTIFICATIE Wie? Tijdperk van EPISTEMOLOGIE Bijzondere geopenbaarde wijsheid
Revolutie van de RENAISSANCE (ca. 1500 n.C.) Tijdperk van KEUZE Waarom? Tijdperk van ETHIEK Dienst aan KERK en STAAT
Revolutie van de VERLICHTING

Industriële Revolutie (ca. 250 jaar geleden)

Tijdperk van BESCHAVING Waar? Tijdperk van POLITIEK Overheersende OVERHEID
Revolutie van CREATIVITEIT Tijdperk van CREATIVITEIT Wanneer? Tijdperk van AESTHETICA