Murray Rothbard is om verschillende redenen een uiterst belangrijke figuur voor het libertarisme. Om te beginnen als leerling van Ludwig von Mises, die erin slaagde de stellingen van “de meester” glashelder te formuleren, te systematiseren en hier en daar nog bij te schaven. Rothbard’s “Man, Economy and State” is dan ook, meer nog dan Mises’ “Human Action”, te beschouwen als het standaardwerk van de libertarische economie. Vervolgens is Rothbard zowat de schepper van het anarcho-kapitalisme, die subrichting binnen het libertarisme die stelt dat de staat niet, zoals velen beweren, gewoon “beperkt” moet worden, maar zonder meer afgeschaft. In een kort pamflet over dit onderwerp neem ik Rothbard’s stellingen in dit verband over en werk ik ze verder uit. Dit pamflet is gratis te verkrijgen op eenvoudige aanvraag via de redactie van “De Vrijbrief”. Ik ga er hier dus niet verder op in.

Een ander punt waar Rothbard grotendeels voor aansprakelijk is (en ik gebruik het woord om aan te duiden dat mijn enthousiasme hier heel wat minder groot is) is het verwerpen door een groot deel van de libertarische beweging in de U.S.A. van al wat zweemt naar anticommunisme, buitenlandse interventie en een sterke defensiepolitiek. De Verenigde Staten zelf worden als de hoofdschuldige aangewezen in elk conflict, wie gelooft dat de Sovjet-Unie boze bedoelingen heeft wordt van paranoia verdacht en isolationisme in buitenlandse aangelegenheden wordt tot een onaantastbaar geloofspunt verheven. Hoewel Rothbard’s invloed zelf daar nu aan het tanen is ten voordele van de Kock-Crane kliek, die de zaken met ijzeren hand leidt, weerspiegelen ook de standpunten van de Libertarian Party volledig deze tendens.

Waar dit ongetwijfeld een “links” standpunt kan genoemd worden, is Rothbard’s visie op andere domeinen dan weer ronduit “reactionair”. Voor hippies had hij een afschuw; waar hij uiteraard voor het vrijgeven van alle drugs is, laat hij geen gelegenheid voorbijgaan om te benadrukken dat het gebruik van marihuana, net als van heroïne, een ramp is. Voor psychologie als wetenschap heeft hij geen goed woord over. Indien de libertarische beweging soms aan “economisme” leidt is Rothbard daar dan ook wellicht gedeeltelijk schuldig aan. Blijft dan het laatste oogpunt waaronder Rothbard belangrijk is, nl. als strateeg van de libertarische beweging. Graag ziet hij zichzelf als de Lenin van het libertarisme, de man die de vrijheid aan de macht wil brengen zoals Lenin dat deed met de marxistische dwingelandij. Zijn geschriften zaten dan ook, vooral in het begin, vol met uitdrukkingen als “het kader”, “objectieve en subjectieve voorwaarden”, “rechts opportunisme en links deviationisme”. Voortdurend was hij strategische allianties” aan het uitdenken. Het verspreiden van de libertarische ideeën is noodzakelijk, maar geenszins voldoende, zo luidt het ook nu nog steeds: machthebbers moeten van hun troon gehaald worden en dat zal meer inspanning en fantasie vergen dan het ronddelen van enkele pamfletjes.

Gans het probleem van de strategie van het libertarisme is een ingewikkelde en delicate kwestie, zo mogelijk meer nog dan de ideologische inhoud ervan, en is dan ook bij ons dringend aan een ernstige bestudering toe. Sommigen denken dat de kous af is door af en toe te zuchten: wanneer richten we nu eindelijk eens een libertarische partij op? (En ik verdenk sommigen – die ik dan ook rustig als “rechtse deviationisten” wegwuif – er zelfs van dat het, wat hen betreft, zelfs niet eens een echt libertarische partij hoeft te zijn: met een flink conservatieve partij, die slechts de economische vrijheid verdedigt en voor de rest doet alsof haar neus bloedt, zullen zij al dik tevreden zijn). Dat ziet Rothbard goed in. Rest natuurlijk de vraag of hij niet in het andere uiterste vervalt en door wat kunst- en vliegwerk datgene wil oplossen wat gewoon moet wachten tot de tijd ervoor rijp is. Zolang de autoritaire mentaliteit zo sterk verspreid is, zolang het altruïsme een onaantastbaar dogma is, zolang mensen die zich van de massa willen losmaken of zich erboven verheffen vijandig bekeken worden, zullen er wellicht nog vele pamfletten moeten rondgedeeld worden vooraleer het ogenblik daar is voor de beslissende tactische duw.

Een gevaar van Rothbard’s houding is ondertussen dat het automatisch als tegenstrever en als “objectieve handlanger van de machthebbers” bestempelen van mensen die er een andere strategie op nahouden wel eens verstrekkende gevolgen kan hebben. Zoals wij kunnen leren uit het aantal communisten dat door vroegere medestrijders als “verraders” is bekritiseerd en vaak geliquideerd.