PREAMBULE

Overal ter wereld is de overheid bezig de rechten van de mens te vertrappen, in plaats van te beschermen. De slachtoffers zouden zich vaker weren, en ook feller, indien zij beter op de hoogte waren van de aard, oorsprong, functie en inhoud van hun rechten. Daarom is het van belang het mensenrecht kort en krachtig te omschrijven. De tot dusver gangbare proclamaties voldoen niet aan die eis. Zij werden uitgevaardigd door vertegenwoordigers van de staatsorde. De navolgende verklaring werd daarentegen opgesteld door een voorstander van de rechtsorde. De auteur, Mr. M .M. van Notten, is geen jurist van autoritaire, maar van libertaire huize.

DE AARD VAN HET MENSENRECHT

Het mensenrecht:

omschrijft de activiteiten die iedere persoon mag ondernemen zonder ooit iemands toestemming te behoeven;

ontspringt in ieders recht op denken, dat op zijn beurt ontspringt in ieders natuurlijke plicht tot denken;

is onweerlegbaar, omdat iedereen die zijn eigen denkplicht probeert te ontkennen denkactiviteit ontwikkelt, die het bestaan van die plicht bevestigt;

is een menselijke eigenschap en behoeft dus niet door een wetgever erkend te worden om afdwingbaar te zijn;

gaat gepaard met een reeks onthoudingsplichten, die, vanwege hun ankering in de natuurlijke denkplicht, van hogere orde zijn dan godsdienstige, morele of wettelijke plichten, die uitsluitend wortelen in goddelijke openbaring of menselijke gedachten;

is toepasselijk op elk gewelddadig conflict dat voortvloeit uit tegenstrijdige opvattingen van godsdienst of moraal;

dient ertoe om dergelijke conflicten te voorkomen ofte beslechten;

geeft uitputtende regels voor het handhaven van de openbare orde en het behartigen van het algemeen belang, en maakt andere algemeen verbindende regels te hunnen aanzien dus overbodig;

is het enige publiekrecht dat de samenleving kent; alle daarvan afwijkende wetten, met inbegrip van de grondwet, zijn hetzij nietig, omdat zij strijdig zijn, hetzij privaatrecht;

beschermt ieders vrijheid om middelen te verwerven en deze te gebruiken en te beschermen;

machtigt iedere verdachte van een rechtsschending om rechtsherstel te weigeren zolang als de beweerde schending niet door een onpartijdige rechtbank is vastgesteld;

definieert de begrippen mens, vrijheid, rechtmatig, rechtvaardig, vrede, overheid, politiek en politicus als volgt:

* de mens bestaat uit zijn lichaam en al die goederen die hij op rechtmatige wijze verkreeg;

* vrijheid is ieders mogelijkheid om zijn mensenrecht uit te oefenen;

* rechtmatig is iedere activiteit die geen inbreuk maakt op het mensenrecht;

* rechtvaardig is iedere activiteit die het mensenrecht afdwingt;

* vrede bestaat in de afwezigheid van rechtsschendingen;

* de overheid is de verzameling van alle onpartijdige rechtbanken en politiekorpsen;

* de staat als de organisatie die mensen verbiedt onpartijdige politiekorpsen op te richten of van hun diensten gebruik te maken;

* politiek is het bestuur van de machtsmiddelen die dienen ter bescherming van het mensenrecht;

* een politicus is hetzij een eigenaar van een politie- of legermacht, hetzij een onpartijdige rechter die toestemming geeft die macht te gebruiken.

KORTE SAMENVATTING VAN DE INHOUD VAN HET MENSENRECHT

Rechten

1. Iedereen is van nature vrij om:

* te denken wat hij wil

* te beschikken over zijn eigen lichaam;

* zich dingen toe te eigenen die van niemand anders zijn;

* overeenkomsten zijner keuze aan te gaan.

Verplichtingen

2. Iedereen is van nature verplicht om zich te onthouden van het gebruik van geweld dat inbreuk maakt op het recht van anderen, zoals in:

* moord, doodslag, mishandeling, slavernij, gijzeling;

* roof, diefstal, verduistering, brandstichting en afpersing.

Geweld

3. Iedereen is van nature vrij om geweld te gebruiken om:

* zijn rechten te verdedigen tegen iedere aanvaller en

* zijn geschonden rechten op diens kosten te herstellen op voorwaarde, in dit laatste geval, dat het geweld wordt uitgeoefend door een onpartijdige politie die optreedt

* op verzoek van degene wiens recht werd geschonden en

* met goedkeuring van een onpartijdige rechtbank.

Sanctie

4. ledere rechtsschender die weigert om:

* de door hem ontvreemde goederen terug te geven;

* de door hem veroorzaakte schade te vergoeden of

* de, wegens opzet, verschuldigde boete te betalen, verliest, zolang zijn weigering duurt, de vrije beschikking over zijn eigendom.

Boetes

5. Iedereen die een boete verschuldigd is, dient zijn slachtoffer een bedrag te betalen dat, indien schade werd toegebracht, zal bestaan in een veelvoud van het schadebedrag, bepaald door: de ernst van het misdrijf, en

* de omstandigheden waaronder het werd begaan.

(Een eerdere versie van bovenstaande mensenrechtverklaring werd in 1988 door de Illustrated London News bekroond met een eerste prijs, uitgeloofd aan degene die de duidelijkste Bill of Rights aan de redactie zou inzenden. Van de zes hoofdstukken met implicaties die deze Mensenrechtverklaring vergezellen, publiceren wij hier alleen de laatste)

IMPLICATIES VOOR DE DEMOCRATIE

De meeste mensen denken dat er in de politiek maar één keuze is: tussen democratie en dictatuur. Beiden maken echter systematisch inbreuk op het mensenrecht. Zowel de democratische als de dictatoriale Staat verbiedt zijn medemensen gebruik te maken van hun natuurlijke vrijheid om onpartijdige politiekorpsen en rechtbanken op te richten, of daarmee overeenkomsten aan te gaan.

De reden waarom de Staat die vrijheid opheft, is gemakkelijk te raden. Op die manier verwerven de staatslieden immers een vrijbrief voor het heffen van belastingen, het oproepen tot militaire dienstplicht en het invoeren van tal van vergunningsplichten. Het mensenrecht kwalificeert dergelijke activiteiten respectievelijk als afpersing, dwangarbeid en vrijheidsberoving. Door het monopolie op de geweldpleging te verwerven, voorkomen de leiders en ambtenaren van de Staat dat het mensenrecht op hen wordt toegepast.

De democraten stellen steeds, dat er voor hun stelsel maar twee alternatieven bestaan: dictatuur en chaos. Zij willen niet weten dat het mensenrecht zelf een politiek systeem is, dat ook wel kritarchie wordt genoemd. Kriteis is een Grieks woord voor rechter en Archia betekent orde. De kritarchie kan in beginsel alle conflicten in de samenleving oplossing, omdat het:

* ieders natuurlijke vrijheid omschrijft;

* iedereen verplicht de vrijheid van een ander te eerbiedigen;

* rechtsschenders gebiedt geschonden recht te herstellen;

* de sanctie bepaalt voor degenen die weigeren zulks te doen;

* iedereen machtigt zijn vrijheid met geweld te beschermen;

* aan een dergelijke geweldpleging duidelijke grenzen stelt;

* de financiële aansporing verschaft voor het oprichten van de nodige rechtsinstellingen.

Het mensenrecht bepaalt dat de politie en het leger hun geweldsmiddelen alleen mogen inzetten indien een onpartijdige rechtbank bewezen acht dat die middelen worden gebruikt:

* op verzoek van het slachtoffer van een rechtsschending;

* tegen de rechtsschender;

* met het doel het geschonden recht te herstellen;

* met het minst ingrijpende middel voorhanden.

De democratische wetgever heeft lak aan deze vier beperkingen. In plaats van te gehoorzamen aan het eeuwige, onveranderlijke mensenrecht schaart de wetgever zich steeds achter die moraal die het beste bij zijn eigen machtstreven past.

Een politiek stelsel dat het mensenrecht overboord zet, heeft met politiek niets meer te maken. Het is een crimineel systeem geworden. Het criminele van de democratie is, dat het de maatschappij omvormt tot een heerschappij; dat het de vrije samenleving verandert in een gedwongen samenwerking; dat het zijn onderdanen dwingt te kiezen tussen gehoorzamen en vertrekken. Wie de medemens voor een dergelijk onmenselijk dilemma plaats, is zelf een onmens. Er is inderdaad maar één politiek stelsel dat met recht een politiek stelsel genoemd kan worden; dat is de kritarchie.

De traditionele onderverdeling van samenlevingen in dictaturen, democratieën en anarchieën is weinig zinvol. Ten eerste omdat de verschillen tussen dictatuur en democratie vanuit het mensenrecht bekeken van geen enkel belang zijn. Ten tweede omdat anarchie geen samenleving is, alleen chaos. Wel zinvol is het, volksgemeenschappen te klasseren al naar gelang zij het mensenrecht eerbiedigen of niet; of zij een rechtsorde zijn of niet. De Griekse naam voor rechtsorde is kritarchie, een samenstelling van de woorden Kriteis ( is rechter) en Archia (is orde). De meest bekende orde die het onrecht tot systeem heeft verheven, is de staatsorde, die meestal tevens een wetsorde is. De wet is het bevel waarmee de Staat inbreuk maakt op het mensenrecht. De meest bekende verschijningsvormen van de staatsorde zijn: monarchie, democratie, oligarchie, aristocratie, en theocratie.