De verzorgingsstaat zonder grenzen.

De euforie over het Europa na 92 was reeds voor begin 93 voorbij. Natuurlijk, de barbarij in het voormalige Joegoslaviƫ en de opkomst van het rechts extremisme maken diepe indruk en hebben het geloof in vooruitgang en verbetering doen verdwijnen. Maar ook het eens kristalheldere ideaal van een verenigd Europa zonder grenzen en met kansen op onbelemmerde markten is inmiddels versmolten en bezoedeld.

In 1992 is duidelijk gebleken dat de nationale politici toch te zeer zijn ingenomen met hun eigen wetjes en regeltjes en deze graag toegepast zien op het grotere verenigde Europa. Ook in Nederland kunnen de politici maar moeilijk afscheid nemen van hun geknutsel en geknoei en van het resultaat van dit al: de Nederlandse verzorgingsstaat. Het krampachtig vasthouden aan dit monstrueuze gedrocht (met de waanzinnige consequentie dat van de Nederlandse beroepsbevolking tussen 15 en 65 jaar slechts 40% actief is in de marktsector, 30% werkt bij de overheid en 30% (!) inactief is) heeft een voor de hand liggende verklaring; hierbij haal ik Dirk Horringa aan die in de Elsevier van 12 december jl. verkondigde dat “zolang zeventig procent van de kiezers van de overheid leeft, is er geen coalitiekabinet te bedenken dat de noodlottige spiraal doorbreekt”.

Stemmen op politici zal dus voorlopig geen zoden aan de dijk zetten.

Dan nu het goede nieuws. In Horringa’s artikel, getiteld “Verzorgingsstaat sneuvelt met de grenzen”, wordt geschetst hoe dit warrige product van nationale makelij geen schijn van kans heeft op de Europese markt voor verzorging en verzekering; de toekomstige multinationale verzorgingsstaat zal afwijken van de huidige Nederlandse, zal rationeler en minder bureaucratisch zijn, aldus Horringa. U gelooft dit niet?

Dan wordt het toch stemmen met uw voeten. Op papier moet dat toch stukken eenvoudiger geworden zijn, niet dan?