Traditioneel wordt er een uitdrukkelijk onderscheid gemaakt tussen politiek ‘links’ en politiek ‘rechts’.
Traditioneel wordt er een uitdrukkelijk onderscheid gemaakt tussen politiek ‘links’ en politiek ‘rechts’. Dat men dat ging doen had destijds vooral te maken met het optreden van het socialisme en aanverwante stromingen, die bij hun toenemende betekenis streng gescheiden moesten worden van de bestaande politiek. Die onderscheiding wordt door de politici en de journalisten nog steeds gebruikt, hoewel hij al lang zijn oorspronkelijke betekenis verloren heeft. Nu gebruiken zij hem alleen nog maar om elkaar op voorhand verdacht te kunnen maken. Het is dan niet nodig naar elkaar te luisteren.
Als men het over ‘links’ had doelde men op bewegingen die op sociale vooruitgang gericht waren. Vooruitgang namelijk in de zin van verbetering van het welzijn van de gewone mensen, de arbeiders vooral. Hoewel het doorgaans niet expliciet werd gezegd, ging dat gepaard met het politieke streven het ‘volk’ in een collectief onder te brengen en binnen dat kader het leven van de mensen ‘van de wieg tot het graf’ te reglementeren. In veel opzichten hield dat reglementeren ook een bevoogden en beknotten in, dikwijls arrogant gerechtvaardigd met ogenschijnlijk idealistische argumenten.
Natuurlijk moest er een idealistisch tintje aan gegeven worden, want anders zou er niemand voor te vinden zijn. Idealisme is altijd een effectief instrument geweest om de werkelijke bedoelingen van machtzoekers te verdoezelen. Dus werd dat reglementeren door de linkse politieke bovenlaag in termen van ‘bevrijding van de kapitalistische slavernij’, ‘behartiging van de belangen van het volk’ en ‘emancipatie’ voorgesteld.
Je kunt wel zeggen dat tegenwoordig zo langzamerhand de aap uit de mouw is gekomen, wat in ongeveer geheel links Europa tot vertwijfeling en agressie heeft geleid. Bij verkiezingen wordt de ene nederlaag na de andere geleden. Maar, ondanks al dat machtsstreven en die verborgen agenda’s is er toch in de voorgaande twee eeuwen veel tot stand gebracht door de linkse denkers en politici. Althans, zo lijkt het…
Wat betreft het ‘rechtse’ gedachtegoed is op te merken dat het als regel geassocieerd wordt met liberalisme, dat als voornaamste inhoud zou hebben conservatisme, streven naar individueel welzijn en bevorderen van de economie. Dat liberalisme duidt eigenlijk op de fundamentele vrijheid van het individu, maar in de praktijk is dat steeds weer de vrijheid van enkele bevoorrechte individuen gebleken.
Conservatisme betekent in de praktijk niet veel meer dan de poging eenzijdig de eigen machtsposities en privileges vast te houden. Daarbij wordt het, bijna steeds buiten proporties, vergroten van het eigen bezit ijverig en maar al te vaak schaamteloos nagestreefd. Je zou kunnen zeggen dat je in dit opzicht te doen hebt met ‘banaal’ conservatisme. Dit staat in volstrekte tegenstelling tot een ‘ideëel’ conservatisme dat cultureel getint is en dat de vaak moeizaam en met veel strijd verworven redelijke normen en waarden in stand wil houden en verdedigen. Haar devies zou kunnen zijn: “behoud het goede..”, iets wat tegenwoordig zekerlijk ter harte genomen zou moeten worden.
Sommige denkers willen staande houden dat het liberalisme zijn tijd gehad heeft, wat waarschijnlijk moet betekenen dat vormen van een linkse cultuur dominant gaan worden. Het is niet te begrijpen hoe verstandige en geleerde mensen dergelijke onzin kunnen bedenken. Of, misschien is het maar al te goed te begrijpen in het licht van de wereldvreemde wetenschappelijke theorieën die hun geesten verduisterd hebben. In feite is het zo dat juist dat linkse denken bezig is ten onder te gaan.
Hoofdoorzaak daarvan is de onmogelijkheid voor, intussen enigermate geëmancipeerde, mensen om in een maatgevend collectief op te gaan. Hoe banaal en primitief hun zelfbewuste identiteit vaak nog is, de mensen willen als zelfstandige individuen erkend en behandeld worden. Dat is wezenlijk een ontkenning van het gezag van het collectief. Met die ontkenning vervalt ook de macht van de linkse politiek.
Deze steeds duidelijker waarneembare individualistische bevrijding wordt door de heersende linkse elite met ‘rechts’ bestempeld, daarmee suggererend dat er niets van deugt en dat een terugkeer naar de oude ‘solidariteit’ gewenst is. Maar in feite is nu juist diè opvatting uitermate conservatief, in de benauwde zin van het woord. Het ‘sluit de rijen’ verwijst naar een volkomen achterhaalde kijk op het menselijk leven, een kijk die destijds praktische zin had maar thans alleen nog maar als een rem werkt, een goed voorbeeld van het begrip ‘remmende voorsprong’. Zoiets vast te willen houden getuigt bepaald niet van progressiviteit.
Een en ander betekent dat het hanteren van de begrippen ‘links’ en ‘rechts’ nergens meer op slaat, tenzij daar zoals al gezegd mee beoogd wordt bepaalde nieuwe ontwikkelingen in een kwaad daglicht te stellen.
Een concreet voorbeeld: het nieuwe kabinet (2002), dat er op het ogenblik aan zit te komen, wordt door de gesettelde politici steevast ‘centrumrechts’ genoemd, in strijd met de bedoeling om tal van essentiële veranderingen in het bestel aan te brengen. De stilzwijgend gelegde associatie met conservatisme en dergelijke is dus volkomen onterecht, ten eerste omdat het begrip ‘rechts’ geen inhoud meer heeft en ten tweede omdat dit begrip als een vernedering bedoeld is.
Een ander concreet voorbeeld: al bij voorbaat schreeuwen de milieubewegers moord en brand nu er enkele wegen aangelegd of verbeterd gaan worden. Zij spreken reeds van een ‘asfaltkabinet’. Maar het is voor bijna iedereen duidelijk dat er wat aan die wegen moet gebeuren, dus: de milieubewegers die zichzelf graag links en progressief noemen zijn daarvan juist het tegendeel. Het zijn ‘banale’ conservatieven, die zich net als orthodoxe gelovigen gedragen. Van hun milieugod mag niets en dus willen zij elke noodzakelijke vooruitgang tegenhouden.
Die milieubewegers zijn reeds lang hun doel voorbij gehold…
THE BEAUTIFUL ART OF PHILOSOPHY
1) Homepage: http://home01.wxs.nl/~filosvis
2) Homepage: http://home.planet.nl/~dageraad.vis