‘Missie zonder Vrede’ overbodig en slecht rapport
‘Missie zonder Vrede’ overbodig en slecht rapport’
‘Enquêtecommissie Bakker houdt politiek buiten schot’
‘Overbodig, slecht en, erger nog, een schaamteloze verspilling van belastinggeld en tijd’. Peter Siebelt, ‘onafhankelijk journalistiek onderzoeker’, maar méér nog, luis in de pels van het actiewezen hier te lande, velt een spijkerhard oordeel over het rapport ‘Missie zonder Vrede’ van de parlementaire enquêtecommissie Srebrenica. De getergde speurder spreekt zelfs van een ‘een schaamteloze witwasserij om het, ik zou bijna zeggen, misdadige politieke beleid recht te praten, op grond waarvan Nederlandse militairen met zo’n non-mandaat, gecombineerd met die idiote ‘safe haven’-gedachte, op pad zijn gestuurd.’
Peter Johannes Wilhelmus Siebelt, 56, is een man met een missie. Gedreven, single minded bijna, voortgestuwd door de wens om het netwerk van buitenparlementaire pressiegroepen en hun politieke zaakwaarnemers, bloot te leggen en aan de kaak te stellen. Sinds die voor de moslimenclave annex safe area zo dramatisch verlopen julidagen van 1995, heeft de onderzoeksjournalist zich als het ware vastgebeten in de ‘affaire Srebrenica’.
Verhuld belangenspel
Dat heeft zo zijn redenen. Belast met projectbeveiliging in de Bijlmermeer in aanbouw in de jaren zeventig, stiet Siebelt op een innige verwevenheid en belangenverstrengeling tussen welzijnswerkers en politieke partijen ter linkerzijde. Welzijnswerkers, gerekruteerd om in het nieuwe stadsdeel de opvang te verzorgen van voornamelijk nieuwkomers uit de overzeese rijksdelen, die zich na kantoortijd ontpopten als vertegenwoordigers van politieke partijen. ‘Avond aan avond zag ik de kantoren van de welzijnsorganisaties veranderen in partijbureaus waarbij met name PPR, PSP en CPN, het huidige Groen-Links, de overhand hadden. Maar ook in de baas zijn tijd manifesteerden die welzijnswerkers zich als politieke activisten met een eigen sociaal-politieke agenda. Sommigen hebben later de overstap gemaakt naar het Binnenhof. Laat nu diezelfde kongsi van politici en hun buitenparlementaire netwerken, een dikke vinger in de pap gehad hebben bij de besluitvorming in verband met het uitzenden van Nederlandse militairen naar Bosnië-Herzegovina en dan speciaal Srebrenica.’
Dezelfde politici ook die, zo weet Siebelt, met hun medestanders in de buitenparlementaire activisten- en pressiegroepen, al voordat Joegoslavië uiteen begon te vallen, intensieve contacten onderhielden met de dissidenten- annex vredesbeweging in het Balkanland. ‘Mijn drijfveer is nu om dit soort netwerken, in binnen- en buitenland, in kaart te brengen en bloot te leggen. Wat dat betreft was het werken in de Bijlmermeer voor mij een hele goede leerschool. Al rechercherend ontdek je dat zich een groot maar diep verscholen belangenspel voltrekt dat angstvallig buiten het zicht van de buitenwacht wordt gehouden. Maar ook, dat de gevolgen van dit verhulde belangenspel altijd weer op anderen worden afgewenteld. Diezelfde houding zien we nu ook in de Srebrenica-affaire, zien we nu ook bij de enquêtecommissie. Terwijl de aanklagers in feite de echte schuldigen zijn, de architecten van het drama.’
Mol
Gedreven en ‘gevoed’ vanuit zijn Bijlmermeerervaringen volgt Siebelt de ontwikkelingen bij belangenorganisaties als Pax Christi, IKV, Milieudefensie, Vereniging Milieu-Offensief e.a., op de voet. Als oorlogskind, ‘Mijn vader was Amerikaan’, wist Peter Siebelt de anti-Amerikaanse demonstraties van de jaren zestig en zeventig, ‘waarbij steevast de Amerikaanse vlag in brand werd gestoken’, niet goed te plaatsen. ‘Hoe kan dat nou, dacht ik toen al, de Amerikanen hebben toch hun leven gegeven om ons in vrijheid te kunnen laten leven. Maar ik ontdekte ook dat in de voorste gelederen van al die betogingen steeds dezelfde mensen te vinden waren. Ook bij latere demonstraties tegen Chili, Zuid Afrika en noem maar op. Steeds weer dezelfde koppen, vlaggen en symbolen. Dat zette mij aan het denken.’
Bovendien was Siebelt ooit het middelpunt van ‘een enorme heisa’, toen hij ervan werd beschuldigd als mol actief te zijn in de derde wereldbeweging, ten behoeve van onder andere multinationals. ‘Ja, ze beweerden dat ik vertrouwelijke informatie doorspeelde aan internationale bedrijven die daar hun voordeel mee deden bij het invullen van bijvoorbeeld hun milieubeleid of ten behoeve van defensie. Toen ik in de media uitgebreid werd neergezet als infiltrant dacht ik: oké, als ik nu toch een publieke figuur ben geworden dan zal ik ook in alle openheid het zwaard oppakken. Dat was het moment waarop ik besloot om van het blootleggen van die ongehoorde belangenverstrengeling tussen politiek en de buitenparlementaire actiegroepen, mijn beroep te maken, zeg maar.
‘Joego-nostalgici’
En met dit ontmaskeringwerk is Siebelt nu al weer een kwart eeuw bezig. Het lag dan ook voor de hand dat hij zich intensief zou gaan bezighouden met ‘Srebrenica’. ‘Joegoslavië, alles rondom het snelle fragmentatieproces dat met de dood van Tito op gang kwam, lag als het ware kantenklaar op mijn bureau. De activiteiten van de internationale vredes- en activistenbeweging om dat proces te keren met als oogmerk de belangen van hun vrienden daar te waarborgen. Die, zeker in het westen, invloedrijke kring van ‘Joego-nostalgici’, deed er alles aan om de etnische en religieuze fragmentatie van het communistische land tegen te gaan. Allemaal mensen die deel uitmaken van het netwerk rond IKV-secretaris Mient Jan Faber. In die jaren zag ik ook in die kringen een ontwikkeling op gang komen die niets te doen had met ijveren voor de vrede, maar meer met het continueren van verworvenheden, van inkomen en het instandhouden en uitbreiden van netwerken.’
Zeker voor het IKV kwamen, volgens Siebelt, de ontwikkelingen op de Balkan als een geschenk uit de hemel. Het was eind jaren tachtig: een nieuwe wereldorde diende zich aan, de vredesbeweging leek haar belangrijkste issue te zijn ontfutseld, en van flinke donaties of subsidies was nauwelijks meer sprake. ‘Ze zaten met een levensgroot probleem en moesten dus op zoek naar nieuwe inkomstenbronnen. En ook op dat gebied hebben ze zich ware meesters getoond. De Balkan, Joegoslavië, werd het nieuwe actiedomein dat voor nieuwe inkomsten zorgde. Kijk maar naar de conclusie van het rapport ‘Missie zonder Vrede’. Nederland moet, zo luidt de opdracht van de commissie Bakker, heel veel aandacht geven aan de nabestaanden en zich verplichten tot de wederopbouw van het gebied. Ik kan niet anders concluderen dan dat dit een tekst is, die de commissie is ingefluisterd door Mient Jan Faber. Niet zo verwonderlijk overigens als je weet dat voorzitter Bert Bakker, vóór de installatie van de commissie, een trouw bezoeker was van IKV-bijeenkomsten met de ‘Vrouwen van Srebrenica’ en andere belanghebbende actiegroepen. Je zult straks dus zien, dat er een door het IKV en zijn netwerken beheerde extra subsidiestroom vanuit ons land op gang komt richting Srebrenica.’
Boter en suiker
De parlementaire enquêtecommissie Srebrenica heeft zich, volgens Siebelt, ‘met boter en suiker’ laten inpakken door ‘de buitenparlementaire pressiegroepen en hun politieke medestanders in de Tweede Kamer. Mijnheer Bakker heeft zich laten verleiden naar Bosnië te gaan waar hij uitvoerig en uitsluitend gesproken heeft met actie- en belangengroepen, die deel uitmaken van het Bosnische netwerk van het IKV. Dat staat uitgebreid in het rapport. Mijnheer Bakker heeft als naslagwerken drie rapporten gebruikt die ook uit die koker komen: één van Mient Jan Faber, één van de commissie Nederland-Srebrenica, ook Mient Jan Faber, en het politiek comité Stari Most, óók Mient Jan Faber. Ik vind het überhaupt een grof schandaal dat mijnheer Bakker als enquêtecommissievoorzitter op bezoek gaat bij en zich laat informeren door clubjes medestanders van uitgerekend de man die deze hele ellende in feite gecreëerd heeft, met zijn zotte idee van de safe havens. En ze hebben enorm veel invloed, o jee, wat een invloed hebben die mensen. Daarom zal ik tot mijn laatste snik alles in het werk stellen om het publiek te laten zien, hoe het politieke beleid in Nederland in feite door dit soort organisaties wordt bepaald. Door mensen en organisaties die wij niet gekozen hebben. En dat de door ons gekozen vertegenwoordigers en beleidsmakers in veel gevallen gemanipuleerd worden door dit soort organisaties. Organisaties die kunnen blijven voortbestaan van uw en mijn belastingcenten. Het is zelfs zo, dat ze samen met de politici die tot hun netwerk behoren hun eigen subsidies creëren. Want hoe gaat het? Ben je politicus af, dan word je voorzitter van de NOVIB of van Pax Christi. Komen er nieuwe verkiezingen, word je weer parlementariër. Het is een uitstekend geolied en perfect georganiseerd netwerk en dat probeer ik met mijn onderzoekswerk aan de burgers te laten zien.’
Doofpotmentaliteit
Siebelt verwijt de Parlementaire Enquêtecommissie Srebrenica behept te zijn geweest met ‘een funeste doofpotmentaliteit’. Mondelinge informatie, documenten, brieven e.d. die hij de commissie heeft verstrekt, zouden zijn weggemoffeld. Ze zijn althans in geen enkele vorm in het commissierapport terug te vinden.
‘Kijk maar, ik heb hier een van die brieven. In april 2002 gestuurd aan de Kamer, hier is de ontvangstbevestiging. Vervolgens komt die brief, tot mijn grote verrassing, terecht bij de minister van Milieu, de heer Pronk. Waarom? Joost mag het weten. Zou het misschien iets te maken hebben met het feit dat Pronk met Mient Jan Faber een hoofdrol speelde bij de ontwikkeling van het idiote ‘safe area’-idee waarvoor ze bij de rest van de Nederlandse politiek helaas de handen op elkaar konden krijgen? Daarna heb ik mijnheer Bakker, daags voor hij als commissievoorzitter aantrad, nogmaals geschreven, uiteengezet waarmee ik bezig was, en verzocht e.e.a. mee te nemen in de openbare verhoren. Ik vroeg onder meer om ook Mient Jan Faber door de commissie te laten horen. Het is voor mij een raadsel waarom dat niet is gebeurd. De man die zo veel invloed had en nog heeft op het hele proces. Maar daarvan is niets maar dan ook niets terug te vinden in het rapport.’
Waarom zouden ze dat niet gedaan hebben?
‘Ja, luister het is hetzelfde als een zieke die zichzelf gaat onderzoeken en vervolgens tot de conclusie komt dat ie kerngezond is. Hoe kun je nou een politiek probleem door de politiek laten onderzoeken. Stel je voor zeg dat de commissie Bakker nou eens had opgeschreven wat er werkelijk is voorgevallen, dan waren ze met zijn allen morgen toch werkloos. Dan moeten ze toch collectief naar huis gaan en zich nooit meer op het Binnenhof vertonen?
Ik durf de glasharde bewering aan dat we hier te doen hebben met een weinig integere club die zichzelf de hand boven het hoofd houdt. De militaire vakbonden zouden eigenlijk de commissie Bakker moeten aanklagen wegens grove nalatigheid. En daar zijn harde bewijzen voor, die kan ik leveren. Informatie die ik ook de commissie heb aangedragen en die tot een andere conclusie zou leiden dan die zij nu trekt: namelijk dat wíj verantwoordelijk zijn voor wat er in Srebrenica is gepasseerd en dat ons land de boel daar moet blijven financieren. Je reinste flauwekul. En ik daag iedereen uit om mijn argumenten te weerleggen.’
Hoe komt u aan uw informatie, want u beschikt over originele documenten.
‘Vanuit de door mij verfoeide netwerken zelf. Kijk, veel van die mensen zijn ooit begonnen als idealisten. Ze hebben op een gegeven moment een carrière opgebouwd als goed betaalde internationale beroepsactivist. Maar velen hebben nog het hart van de idealist en ze hebben grote moeite met wat er zich allemaal in de top van hun organisaties afspeelt. Die idealisten kunnen bij mij hun frustraties kwijt, dat vertrouwen heb ik in de afgelopen jaren toch wel bij hen opgebouwd. Laat ik het voor wat dit betreft daarbij laten.’
Hapklare brokken
Maar Siebelt legt zijn verwijten en beschuldigingen niet alleen op de stoep van de politiek. Ook de journalistiek moet het bezuren. Journalisten, weet de gedreven onderzoeker zeker, zijn door de bank genomen aartslui. Ze ‘tippelen op hapklare brokken’ waar ze, zo lijkt het wel, maar geen genoeg van kunnen krijgen. Deze weinig professionele houding heeft journalisten ertoe gebracht, zoals Faber zelf beweert, in de rij staan bij het IKV om zijn ‘Srebrenica’- en andere verhalen af te nemen. In die sfeer moet je dan ook een van de oorzaken zoeken waardoor ze hun hetze tegen Dutchbat konden beginnen en volhouden. Met hun eenzijdige rapportage en concentratie op de rol van de militairen en niet op die van de politiek die het onhoudbare, en idiootpacifistische idee van de safe areas lanceerde. Maar wie is in dit land de baas van de militairen? De politiek toch zeker in de persoon van de minister van Defensie? Daar lijkt de commissie volledig aan voorbij te gaan.
In het hele rapport zijn voor mij slechts de pagina’s 7 tot 91 en 414 tot 465 interessant. Voor het overige vind ik het volstrekt onvolledig en niets anders dan een gecensureerde beschrijving van de totstandkoming van de politieke beslissing. De militairen zijn geslachtofferd door politici die zich in hun verbond met buitenparlementaire actiegroepen en organisaties in een chantabele positie hebben laten manoeuvreren.’
Toe maar, chantabele politici. Hoezo?
‘Nou, politici liggen vaak onder één dekbed met dit soort organisaties omdat die belangrijk kunnen zijn bij verkiezingen. Omdat dit soort organisaties van vitaal belang zijn voor politici als ze zich willen laten gelden in het parlement. Dan functioneren dit soort organisaties en groeperingen als ‘het brede publiek’. Ik word er dan ook niet goed van als ik in dit rapport telkens weer de zinsnede lees ‘het werd gedragen door een breed publiek’. Wie is dan in ’s hemelsnaam dat brede publiek. Ik wed dat 90% van het Nederlandse publiek, op de man/vrouw af gevraagd, er geen idee van had of heeft dat het inzake ‘Srebrenica’ wat dan ook ‘breed gedragen’ heeft. Dit zogeheten brede publiek is dan ook niets meer of minder dan die buitenparlementaire groepen waarmee die politici zich afgeven. Dat is hetzelfde ‘brede publiek’ dat ook de media manipuleert.’
Die parlementaire enquête was dus niet nodig vindt u?
‘Natuurlijk was het niet nodig. Het heeft bijna een miljoen euro gekost. En wat was het resultaat: de politiek die zichzelf probeert wit te wassen. We hadden kunnen volstaan met het NIOD-rapport. Dat is een goed, wetenschappelijk prima onderbouwd rapport. We hadden, op de keper beschouwd, kunnen volstaan met het Briefingrapport, maar ja, dat paste natuurlijk niet in het straatje van onze netwerkvrienden. Ze waren ook niet onverdeeld gelukkig, zoals u weet, met het NIOD-rapport. Kijk, die veilige havens waren niet ter bescherming van de vluchtelingen. Nee, en dat geven de geestelijke vaders en voorstanders van dat idee zelf toe, de veilige havens moesten de illusie van Bosnië als multiculturele samenleving, instandhouden. Ja, luister eens, Bosnië is Nederland niet. Een oorlogsgebied waar mensen vanuit etnische en religieuze egelstellingen elkaar bestrijden en zichzelf willen afscheuren van het collectief dat de anderen in stand willen houden.
Waarom lees ik in het hele rapport niets over de rol van de moslims die de enclave gebruikt hebben om overvallen te plegen op de Serviërs? Is het heel misschien omdat dat soort feiten onze ‘netwerkvrienden’ slecht uitkomen. Waarom hebben de moslimstrijders zelf niet meegeholpen de enclave te verdedigen? En vervolgens Dutchbat en Nederland de schuld geven dat de enclave is gevallen. Kijk, het is natuurlijk vreselijk wat er gebeurd is, dat die mannen zijn afgevoerd en vermoord. Maar een selectief clubje uit dat Bosnië plukken en tot boegbeeld maken voor de eigen belangen, dat is niet in de haak.
Wat ze met Srebrenica willen is de klok terugdraaien en dat kan nu eenmaal niet. Je kunt niet van mensen verwachten dat ze in vrede met en naast elkaar leven terwijl de ene buur van de andere weet dat die een verkrachter en moordenaar is van zijn vrouw, dochter of zoon.’
Het laatste woord over ‘Srebrenica’ is nog altijd niet gezegd?
‘Maar natuurlijk niet want ‘Srebrenica’ is voor de komende jaren een prachtige melkkoe die miljoenen euro’s zal opleveren voor de projecten van het netwerk. En het gaat helemaal niet om de resultaten, nee het gaat om macht om het internationaal heen en weer hoppen tussen zieligheden. Vergeet niet het is een enorme industrie geworden en ik moet die krachtige, vastberaden regering nog zien die daar een einde aan kan maken.
ACOM februari 2003 nummer 2
(maandblad van de Acom, de CNV-bond van militairen)
Jammer, dat het artikel doorspect is van grammaticale fouten. Als dat maar geen teken is van het niveau van de inhoud|.
Het artikel is bovendien een allegaartje van feiten, onjuistheden en emotioneel commentaar. Alleen de strekking valt nog te achterhalen.
Leer eerst ZELF nadenken voordat je onzin uitkraamt.
Ik denk niet dat Dhr Siebelt dit voor Acom op papaier heeft gezet.
Met andere woorden: je eigen analyseringsvermogen is nihil!
Comments are closed.