Het gehele Noordelijke Halfrond werd onlangs getroffen door een koude golf die veel mensen deed smachten naar de dagen dat mondiale opwarming het gesprek van de dag was.

China bijvoorbeeld, kreeg te maken met uitzonderlijk veel sneeuwval. De hoofdstad Peking werd zes dagen lang geteisterd door sneeuw, de langst ononderbroken periode van sneeuwval in die stad in 128 jaar. In de Taklimakan, de grootste woestijn van China, viel maar liefst 35 cm sneeuw en de Gele Rivier vroor over een lengte van 1125 km dicht. Vietnamese dorpelingen die nog nooit in hun leven sneeuw hadden gezien, werden op een ochtend wakker en zagen dat de wereld bedekt was met een wit tapijt. In het noorden van India en Bangladesh zijn meer dan 250 mensen door de vrieskou bezweken.

In Noorwegen waren de lage temperaturen in combinatie met recordtarieven voor elektriciteit (vanwege het in gebreke blijven van de zo bejubelde windenergie) er de oorzaak van dat verscheidene ouderen een tragische dood stierven. Finland kreeg te maken met recordlage temperaturen en de Baltische Zee was over een zeer groot gebied dichtgevroren en dat was in decennia niet meer voorgekomen. Het ijs was 5 tot 20 cm dikker dan normaal. In Rusland lagen 40 schepen ingevroren in de Golf van Finland. Moskou kreeg te maken met temperaturen van -37 graden en 23.000 mensen moesten het zonder verwarming stellen doordat verouderde stadsverwarmingssystemen niet meer werkten.

Dit is zeker niet wat men zou verwachten in een wereld die opgewarmd wordt door de opeenhoping van broeikasgassen. Men moet natuurlijk klimaattrends op lange termijn niet in verband brengen met het huidige weerbeeld. Jaren achtereen echter hebben diverse milieubrigadiers een dikke boterham verdiend aan het uitvergroten van weersgebeurtenissen om het publiek angst aan te jagen.

In dit geval echter komt het huidige weerbeeld, dat veroorzaakt wordt door een sterke luchtstroming van Arctische vrieskou, zeer goed overeen met hetgeen gebruikelijk is op lange termijn voor de koudste gebieden op aarde en het zou een adempauze moeten zijn voor hen die de hypothese van de mondiale opwarming aanhangen. Klimaatmodellen voorspellen dat de opwarming zich vooral zou manifesteren in de koudste gebieden op aarde. Deze gedachte wordt gevoed door het feit dat de lucht in deze gebieden zeer droog is. Het ontbreken van waterdamp, hét belangrijkste broeikasgas, maakt dat gebieden zoals bijvoorbeeld Siberië, zeer gevoelig zijn voor kleine veranderingen in de concentraties van andere broeikasgassen, zoals koolstofdioxide. De poolgebieden op aarde zouden, als de modellen correct zijn, ten opzichte van de rest van de planeet, een sterkere opwarming moeten ondergaan.

Verscheidene wetenschappelijke onderzoeken die het afgelopen jaar zijn gepubliceerd, laten het tegenovergestelde zien. Een onderzoek dat gepubliceerd werd in EOS (een publicatie van de American Geophysical Union), bracht aan het licht dat Arctica sinds 1875 twee korte perioden van opwarming heeft gekend die elk 15 jaar duurde. De ene periode begon in 1922 en de andere in 1985. De opwarming gedurende de eerste periode was bijna twee keer zo groot als die van de tweede periode en bereikte een hogere maximum temperatuur, ofschoon de menselijke broeikasgasemissies toen niets voorstelden. De huidige warme periode daarentegen is “statistisch niet te onderscheiden” van de temperatuurtrend van het gehele Noordelijke Halfrond. De auteurs concluderen dat “De luchttemperatuur en gegevens over het ijs de voorgestelde versterking van de mondiale opwarming aan de polen niet ondersteunen”. Deze bevinding “zet vraagtekens bij de betrouwbaarheid van de op klimaatmodellen gebaseerde projecties van klimaatverandering”.

De gegevens afkomstig van Antarctica ondersteunen evenmin de voorspellingen van de klimaatmodellen. Een onderzoek dat in Nature gepubliceerd werd, kwam tot de conclusie dat Antarctica feitelijk aan het afkoelen is. Volgens de auteurs, “Voorspellen klimaatmodellen in het algemeen een versterkte opwarming in de poolgebieden, zoals waargenomen op het Antarctische Schiereiland gedurende de tweede helft van de 20e eeuw”. Maar zij komen tot de conclusie dat “Onze ruimtelijke analyses van Antarctische meteorologische gegevens een netto afkoeling te zien geven van het Antarctische continent tussen 1966 en 2000, in het bijzonder gedurende de zomer en herfst”.

Antarctica is zeer belangrijk, omdat er een groot gevaar schuilt, als de zo dramatisch voorspelde opwarming in gang zou worden gezet. Zelfs bij een vermindering van een procent van het ijsvolume van het ijsveld op West-Antarctica, zal dat een stijging van de zeespiegel te zien geven van vijf centimeter en een verdere vermindering van het ijsoppervlak kan uiteindelijk voor een zeespiegelstijging zorgen van wel vijf meter. Maar een ander onderzoek in Science maakte melding dat, gebruikmakend van satellietwaarnemingen, “er sterke bewijzen zijn dat de ijskap op Antarctica toeneemt met 10 tot 40 gigaton per jaar”.

Recente onderzoekingen leveren nog meer bewijzen op dat de huidige klimaatmodellen slecht gereedschap is voor het voorspellen van klimaatverandering. Zij kunnen niet eens het huidige klimaat goed voorspellen. Zij voorspellen een grotere en snellere opwarming in de atmosfeer dan aan het aardoppervlak, terwijl het tegenovergestelde gebeurt en ze voorspellen een sterkere opwarming aan de polen. Er is geen sprake van een versterkte opwarming op de Noordpool en er is afkoeling op de Zuidpool. Misschien dat het tijd wordt dat we ons misplaatste vertrouwen in de mondiale opwarmingsmodellen maar eens op moeten geven

Paul Georgia is analyst op het gebied van milieupolitiek voor het Competitive Enterprise Institute in Washington, D.C.

Bron: Tech Central Station, 6 maart 2003-03-07
 
Dit artikel is eerder gepubliceerd op de website van Stichting KLIMAAT.

Stichting KLIMAAT belicht de mogelijke veranderingen in het klimaat, maar ook de onzin die hierover geschreven en verkondigd wordt.

Meer artikelen vindt u op hun website.

1 REACTIE

  1. Een ding is wel zeker:
    Waarom smelten de gletsjers te snel af?
    Je kan het zelf gaan bekijken, de Rhone gletsjer trekt zich te snel terug. Waarom dan?
    De omvang van het poolijs is niet zo gemakkelijk te meten.
    Temperatuursmetingen kunnen een beetje onnauwkeurig zijn, maar elke oude Zwitser die in de buurt van de gletsjer woont kan vertellen waar dat hij 50 jaar geleden nog lag, en dat is een heel stuk verderop dan nu!

Comments are closed.