Ik heb gemengde gevoelens omtrent het gebruik van etiketten om filosofische standpunten te beschrijven, of die nu van mij zijn of van anderen. Het is echter moeilijk te vermijden, want onze pogingen om over de gehele wereld te communiceren en begrepen te worden vragen noodzakelijkerwijs het gebruik van woorden. Alfred Korzybski waarschuwde ons al dat woorden abstracties zijn, die nooit helemaal hetzelfde zijn als wat men wil beschrijven. Zijn vaak aangehaalde stelling, dat “de kaart niet het gebied is” behelst een waarschuwing dat de mogelijkheden voor verwarring versterkt worden als men zulke abstracte onderwerpen als politieke filosofie bespreekt.

Eén zo’n politieke abstractie, die de meeste mensen schijnt te verwarren, is “anarchie”. Bij lieden die te maken krijgen met complexe zaken, zoals gastheren van radio praatprogramma’s en televisie nieuwsgaarders, die overtuigd zijn dat alle politieke meningen teruggebracht kunnen worden tot “liberaal” en “conservatief” – roept het woord anarchie een onduidelijke angst op voor duistere machten.

Beelden van bommen gooiende bandieten, die de eigendommen van anderen vernielen en in brand steken, worden door politici en media regelmatig gebruikt om de mensen zo bang te maken dat ze een uitbreiding van het gezag van de politie over hun levens accepteren.
“Wanorde” en “Onwettige verwarring” zijn de beschrijvingen van anarchie in de woordenboeken.

Dat er mensen zijn, die zichzelf “anarchisten” noemen en zich bezig hielden met geweld ter ondersteuning van hun politieke ambities, kan niet ontkend worden. Evenmin kunnen wij een blind oog hebben voor de provocaties, die een enkele keer door undercover politieagenten worden gebruikt – zich voordoend als “anarchisten” – om hard optreden tegen politieke protestacties te wettigen. Maar om een filosofisch standpunt te veroordelen, omdat enkelen de betekenis willen verdraaien ten gunste van hun twijfelachtige voordeel, is net zo min te rechtvaardigen als het Christendom te veroordelen, omdat iemand zijn familie vermoordt en als verdediging aanvoert, dat “God het hem had gezegd”.

Zo lang een president voortgaat met het rechtvaardigen van de oorlog tegen het Irakese Volk als een “Vrijheidsoperatie”; zo lang als het Strategisch Air Command vasthoudt, dat ” Ons beroep is Vrede “; en zo lang als de politiekorpsen beweren, dat zij er zijn om “te dienen en te beschermen”, moeten intelligente geesten erop verdacht zijn achter de oppervlakkigheid en de beeldspraak van de gebruikte woorden te kijken om de diepere bedoeling te ontdekken. Dat is nu ook het geval met het woord “anarchie”.
Wijlen Robert LeFevre deed ooit een poging om het algemene begrip van het woord te verbeteren toen hij zei: “een anarchist is iedereen, die in minder overheidsbemoeienis gelooft dan U”.
Men krijgt echter een betere indruk van het begrip door naar de afleiding van het Griekse woord te kijken – anarkhos – hetgeen “zonder heerser” betekent. Het is deze omschrijving van het woord anarchisme, waarvan leden van het bestaande machtssysteem (met andere woorden onze “heersers”) niet willen, dat U daaraan de voorkeur geeft. Het is veel beter, dat U bevreesd bent voor verborgen monsters en boemannen, die er op wachten onrust en angst in Uw leven te zaaien, voor het geval dat de pogingen om de politiemacht uit te breiden of hun budgetten te kort schieten.

Zijn er dan moordenaars, kidnappers, verkrachters en brandstichters in onze wereld? Natuurlijk zijn die er en zij zullen er altijd wel zijn en zij werken niet allemaal voor de overheid. Het is verbazingwekkend dat, ondanks alle macht en geld dat aan de overheid ter beschikking is gegeven om ons tegen zulke gevaren te beschermen, deze dingen blijven voorkomen met een regelmaat, die groter geworden lijkt naarmate het overheidsapparaat groter wordt! Zelfs de Gekke Koeien Ziekte wordt door de voorstanders van meer overheidsbemoeienis aangegrepen als een reden voor nog meer overheidsregelingen. Een inspanning, die volledig voorbij gaat aan het feit, dat de (Federale) regering al tientallen jaren de vleesproductie reguleert.

Evenmin kunnen wij voorbij gaan aan de geschiedenis van de staat om de mensheid op te zadelen met precies die dood en verwoesting, die haar voorvechters aanvoeren als dé reden voor politieke macht. Zij, die anarchie veroordelen, zouden zich eens moeten verdiepen in een kwantitatieve analyse. Alleen al in de Twintigste Eeuw waren bepaalde regeringen bij machte, door oorlogen, genocide, en andere dodelijke praktijken, 200 miljoen mannen, vrouwen en kinderen te doden. Hoeveel mensen zullen er in diezelfde periode door anarchisten gedood zijn?
Overheden – niet anarchisten – waren de dodelijke “bommengooiers” van de menselijke geschiedenis!

Gezien de oneerlijke manier, waarop dit woord werd gebruikt, tracht ik zo exact mogelijk te zijn bij mijn gebruik van dat woord. Ik gebruik het woord “anarchie” niet als een zelfstandig naamwoord, maar als een werkwoord. Ik zie geen utopische gemeenschap voor mij, geen “Galts Gulch” (zie ‘Wereldschok’ / ‘Atlas Shrugged’ van Ayn Rand) waarheen vrije mannen en vrouwen kunnen vluchten. Ik geef er de voorkeur aan om anarchie te zien als een methode waarbij mensen met elkaar om gaan op een vreedzame en samenwerkende manier; met respect voor de onaantastbaarheid van ieders leven en hun eigendomsbelangen; waarbij zij zich aan contracten houden en vrijwillige handel, in tegenstelling tot dwang en onteigening, als een normale manier van leven in de maatschappij.

Men vraagt mij vaak of anarchie ooit in onze wereld heeft bestaan, waarop ik dan altijd antwoord: bijna al ons dagelijks doen en laten is een uiting van anarchisme. Hoe U omgaat met Uw medewerkers, buren, andere klanten in een winkelpromenade of supermarkten, wordt veelal bepaald door een subtiel verloop van overleg en samenwerking. Sociale druk, niet gebonden aan wettelijke regels, beïnvloeden ons gedrag in drukke straten of rijen wachtenden voor de kassa’s van supermarkten. Als wij met onze collega’s op het werk op dezelfde dreigende en dwingende manier zouden omgaan als de overheid meent met ons te kunnen doen, dan zou ons dienstverband onmiddellijk worden verbroken. Wij zouden spoedig geen vrienden meer hebben als wij van hen eisten dat zij zich hielden aan bepaalde gedragscriteria, die wij voor hun leven hadden vastgelegd.

Zou u bij ons thuis op visite komen, dan zult u geen belasting hoeven te betalen, u wordt niet gefouilleerd, u hoeft ook niet uw paspoort of een rijbewijs te tonen, u wordt niet beboet, in het gevang gestopt, bedreigd, geboeid of verboden weer weg te gaan.
Ik vermoed, dat uw relaties met uw vrienden zich afspelen op dezelfde basis van wederzijds respect. Kortom, praktisch al onze relaties met vrienden of met vreemden zijn gebaseerd op vrijwillige vreedzame handelingen zonder enige dwang.

Men kan een zeer interessante verhandeling vinden over de geordende eigenschappen van anarchie in het boek van John Phillip Reid: Law for the Elephant. Reid bestudeerde vele dagboeken en brieven van mensen, die de karrensporen route van Oost naar West volgden van St. Joseph in Missouri naar Oregon en Californië. De instellingen, waaraan wij gewend geraakt zijn ze te zien als de orde van de wet (zoals politie, gevangenissen en rechters) bestonden helemaal niet in het Wilde Westen en Reid was geïnteresseerd te ontdekken hoe de mensen zich gedroegen ten opzichte van elkaar onder die omstandigheden.

Hij ontdekte, dat de meesten respect toonden voor eigendomsrechten en afspraken en dat, als zij conflicten hadden, deze op een vreedzame manier oplosten. Dit gebeurde ondanks het feit, dat er geen overheid was om te hulp te roepen om een beslissing af te dwingen. Deze manier van doen ging zelfs zo ver, dat dit ook gold voor de eigendomsrechten waar de Indianen aanspraak op maakten.
Het gevoel voor waarden en integriteit dat deze individuen met zich meebrachten, waren voldoende om de trekkerscaravanen tot een vreedzame samenleving te smeden.

Ik heb jarenlang over de motorwegen van Californië gereden en het viel mij op dat er een soort informele regel bestaat tussen de automobilisten, die veelal volslagen vreemden voor elkaar zijn. Er is een algemene – uiteraard niet universeel – beleefdheid merkbaar bijvoorbeeld als een autorijder van rijbaan wenst te veranderen en ondanks niet meewerkende autorijders ontstaat er een spontane ordening om het mogelijk te maken. Een voorname reden voor deze coöperatieve ordening wordt bepaald doordat een stuurfout tot ernstige verwondingen en zelfs tot de dood kan leiden en dat de gevolgen onmiddellijk door de dader gevoeld zullen worden, in tegenstelling tot politieke besluitvorming die de kosten altijd op de anderen overhevelt.

Nu zou men kunnen antwoorden, dat rijden op autowegen onderhevig is aan verkeerswetten, die opgelegd zijn door de overheid en dat rijgewoonten geen afspiegeling zijn van anarchistisch gedrag. Datzelfde kan gezegd worden van ons gedrag in het algemeen (d.w.z. overheidswetten schrijven ons gedrag in al zijn facetten voor), maar dit gaat voorbij aan de oorzakelijke toestanden die hier werken. De supervisie van de overheid op onze activiteiten van minuut tot minuut is ver te af om onze handelingen te beïnvloeden. Wij zijn beleefd tegen andere winkelenden of tegen onze buurman om redenen die niets van doen hebben met wettelijke voorschriften. Wat ons gedrag ten opzichte van anderen vreedzaam en met respect doet zijn komt bij ons van binnen uit, niet van buitenaf.
Precies om dezelfde redenen kan een samenleving volledig ten gronde gaan door het corrumperen van dergelijke subjectieve invloeden en geen stortvloed van wettelijke voorschriften of het verviervoudigen van de politiemacht kan een dergelijk gevolg voorkomen.

Bestudering van complexiteit of chaos, leert ons dat regelmatigheidspatronen, die in onze wereld verborgen zijn, vanzelf optreden om de orde te bewerkstelligen, waarvan wij graag aannemen, dat de overheid dat gedaan heeft. Er valt veel te ontdekken over de wisselwerking van de onzichtbare machten, die zonder bewuste richting werkzaam zijn, om ons leven meer productief en vreedzamer te maken dan welke goed bedoelende autocraat dan ook voor elkaar kan krijgen.
Zoals uit de geschiedenis van overheidsplanning en regulering blijkt, veroorzaakten pogingen om orde bij wet op te leggen heel vaak het tegenovergestelde: wanorde. Dit is een verschijnsel, waarvoor de verklaring gezocht moet worden in de dynamische aard van complexiteit. Om met Terry Pratchett te spreken: “De grootste chaos komt men tegen juist daar waar men orde probeert te scheppen. Chaos wint het altijd van orde, omdat het beter georganiseerd is.”

“Anarchie” is een uiting van sociaal gedrag, dat de geïndividualiseerde aard van het leven weerspiegelt. Alleen als mensen de vrijheid hebben hun eigenbelang na te streven, onder de speciale omstandigheden waarin zij verkeren, kan een toestand van welbehagen voor iedereen ontstaan.
Anarchie steunt op gedecentraliseerde en coöperatieve systemen, die het gezamenlijke belang van de individuen, waaruit die systemen bestaan, ten dienste staan, zonder dat de systemen zelf ooit de reden voor hun bestaan worden. Het is uitsluitend dit gedachtegoed en de werkelijkheid, die daaruit voortvloeit, dat verantwoordelijk is voor alle vrede en orde die in de samenleving bestaat.

Politiek denken, daarentegen, steunt op de overmacht van de systemen (d.w.z. de overheid) en verlaagt individuen tot basis voor het bereiken van hun doelen. Dergelijke systemen zijn gebaseerd op massa beïnvloeding en gedragingen, die de dodelijke oorlogen voortbrachten, de ontwrichte economieën, de genocide, en de politiestaat onderdrukkingen die de essentie van de politieke geschiedenis omvatten.

Wat mannen en vrouwen momenteel het hardst nodig hebben is om hun eigen ziel te herontdekken en van nieuwe energie te voorzien. Dat zullen zij nooit bereiken met ontmenselijkende en ontmoedigende overheidssystemen, die erop gebaseerd zijn hun levens en eigendommen te regelen en te besturen.
In de gevoelens, die aan anarchistisch denken ten grondslag liggen, kunnen mannen en vrouwen het individuele gevoel van bestaan hervinden, dat zij lang geleden verloren in marmeren paleizen en vestingen.

Butler D. Shaffer heeft rechten gestudeerd aan de Universi­ty of Chicago, waar hij in 1961 afstudeerde. Gedurende enkele jaren werkte hij als jurist in Omaha, Nebraska, waarbij hij zich specialiseerde in handel, bouwbedrijf, de aspecten van rechtspersoon­lijkheid en arbeidsovereen­komsten. Hij is thans als professor verbonden aan het College of Business Administration van de University of Nebraska in Omaha.

Professor Shaffer heeft artikelen gepubliceerd in de Creighton Law Review, het Labor Law Journal en het Rampart Journal. Momenteel schrijft hij een boek over de oorsprong van overheidsvoor­schriften met betrekking tot de handel.

shaffer.jpg

6 REACTIES

  1. Leuk verhaal, maar geschreven vanuit Amerikaans perspectief. Voor de nederlandse situatie durf ik zonder meer te stellen: een anarchist is een machtswellusteling zonder (maatschappelijke) macht.

    Daar zult U het mee moeten doen 😉

  2. Wat een flauwe reactie. Hetzelfde kun je in China bijvoorbeeld van een democraat zeggen.

    Ik vind dat het artikel alleen de voordelen noemt van anarchisme maar de nadelen niet vermeldt. Een mogelijk nadeel is dat de zwakkeren in de maatschappij niemand hebben die voor ze opkomt. Dit is bij uitstek een taak voor de overheid omdat hij commercieel niet interessant is.
    Een ander nadeel is dat een anarchistisch land (of gebied omringd door niet anarchistische gebieden) zich minder goed kan verdedigen tegen aanvallen van buitenaf. Zelfs als er al een groot genoeg en goed uitgerust vrijwillig leger is, zal besluitvorming langzamer verlopen. Systemen die op de een of andere wijze gebaseerd zijn op het recht van de sterkste hebben een voordeel ten opzichte van andere systemen. De evolutie heeft dit mijns inziens bewezen. In de natuur is alles weliswaar naast een hierarchie ook een kringloop, maar de prooi merkt toch vooral dat hij opgegeten wordt door de jager.

    Dit betekent niet dat anarchisme en andere minder agressieve samenlevingsvormen als socialisme en communisme bij voorbaat geen kans hebben. Het betekent dat zij alleen een kans hebben te blijven bestaan als zij de enige bestaande samenlevingsvormen in de wereld zijn. Ironisch genoeg zou de wereld dan dus een totalitair anarchistisch ‘ bewind’ kennen.

  3. ik vind deze tekst een waardige betekenis weer geeft van anarchie wat ben zegt is wel waar maar , we kunnen wel duidelijk zeggen dat anarchie niet een reden tot geweld is maar de overheid wel !!!

  4. In de basis van anarchisme kan ik me in principe best vinden, en ik denk de meeste mensen wel. Iedereen is in principe voor persoonlijke vrijheid, en de realiteit waar de auteur zoveel moeite voor doet in dit artikel om die aannemelijk te maken, namelijk dat vrije mensen veelal ‘goed’ gedrag vertonen, staat buiten discussie. De auteur gaat echter verder door te suggereren dat méér vrijheid méér goed gedrag oplevert. Dit stel ik echter zeer ter discussie. De – huidige – fundamentele aard van de mens is zo, dat hij slechts naar zijn eigen kortzichtig eigenbelang kijkt. De kolonisten in Amerika, die voor hun veiligheid afhankelijk waren van de welwillendheid van mede-kolonisten en natives, hadden er belang bij om op vriendschappelijke voet te staan met hen. Bovendien hadden de kolonisten een gedeelde missie, iets wat hen samenbond. Geef diezelfde mens echter een situatie waarin zijn self-perceived eigenbelang wordt bedreigd door dat van een ander, en zijn gedrag slaat al snel om. Toen Columbus arriveerde op het eiland Hispaniola, waar thans Haiti en de Dominicaanse republiek gevestigd zijn, werd hij verwelkomd door de inheemsen, de Taino. Vervolgens begon Columbus Taino gevangen te nemen en voor veel geld te exporteren als slaaf, en de vrouwen deed hij kado aan zijn bemanning als sex-slaaf of hij verkocht ze. Er zijn ontelbare voorbeelden te geven waarin een ‘vrij’ iemand, geen wat wij nu ‘goed’ gedrag noemen heeft vertoond. Staten zijn vrij, maar zij voeren oorlog als hun eigenbelang in het geding is. Als de huidige mens wordt vrijgelaten om zelf te bepalen hoeveel belasting hij betaalt, zullen overheidsdiensten als openbaar vervoer en onderwijs al snel verdwijnen en alleen toegankelijk worden voor zij die er voor kunnen betalen. De sociale zekerheid zal in het niets oplossen. Het is een illusie om te denken dat dit van de ene op de andere dag zal worden opgevangen door de vrijwillige bijdragen van mensen. De sociale zekerheid is immers gecreëerd om een gat op te vullen!

    Maar de auteur noemt in dit artikel anarchie ook niet als staatsvorm, maar als handelswijze, waar velen zich in zullen kunnen vinden.

    Desalniettemin denk ik dat een anarchie – een maatschappij van zelfbestuur – wel degelijk de meest wenselijke bestuursvorm is, alleen wij moeten rekening houden met de aard van de mens. Als de mens zich ver genoeg ontwikkeld heeft, dat hij vrijwillig voor zijn medemens zorgt en vrijwillig belasting betaalt aan een kleine staat, dan is een anarchie een mogelijkheid. Het bereiken van een dergelijke toestand zal echter worden aangekondigd door het opgelost zijn van ’s werelds grote sociale problemen: het einde van armoede en het einde van oorlog door het vrijwillig op rechtvaardige wijze delen van des aardes hulpbronnen. Ironisch genoeg zal een dergelijke fase mogelijk gepaard gaan van een wereldregering (een federatie van natie-staten) die het vreedzaam oplossen van conflicten kan afdwingen. Het zal de ware anarchist tegen de borst stuiten, maar in deze wereld is geweld (dwang) soms nodig om geweld te beëindigen.

    Vrijheid als ideaal is in mijn ogen ook noodzakelijk voor de ontwikkeling van de mens. Een mens kan zich niet ontwikkelen als zijn doen en laten door een overheid wordt bepaald.

    Om de God van Neale D. Walsch te citeren, “Het is slechts door het uitoefenen van de grootste vrijheid dat de grootste groei wordt bereikt – of zelfs mogelijk is.
    Als alles wat je doet de regels van een ander volgen is, dan ben je niet gegroeid, maar heb je gehoorzaamd.
    In tegenstelling tot jouw constructies is gehoorzaamheid niet wat ik (God) van je wil. Gehoorzaamheid is geen groei, en groei is wat ik verlang.”

  5. Erg goed geschreven!

    Zij die beseffen onderdrukt te worden door de staat en daar tegenin gaan, zijn anarchisten. Daar ben ik sterk van overtuigd. Het woord ‘anarchie’ heeft voor iedereen ook een andere defenitie, zoals het woord vrede, maar ik ben het wel met U eens dat het woord ‘anarchie’ in het woordenboek meestal negatief wordt beschreven.

    Wij zijn de productie van de staat. Door ons ‘verdienen’ zij hun geld. Proudhon zei al: “de arbeiders kunnen niet tegelijk met hun loon de producten kopen die ze hebben gemaakt en de zwermen leeglopers vetmesten die op hen parasiteren.”

    Ik ben pas 16 jaar, maar wel zeer geinteresseerd in filosie en anarchisme. Hopelijk neemt U mijn reactie wel serieus.

    “De mens die handelt in blinde gehoorzaamheid, is geen mens meer”

Comments are closed.