mises-larger.jpg
Ludwig von Mises

Ludwig von Mises was één van de belangrijkste klassiek liberale economen van de twintigste eeuw, en een fervent voorstander van het kapitalisme. Hij was zelf zes jaar op het oostelijke front gelegerd tijdens de Eerste Wereldoorlog, in de cavalerie van het Oostenrijks-Hongaarse leger. Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog moest hij echter Zwitserland en zijn geboorteland Oostenrijk in de steek laten wegens de Nationaal Socialisten. Hij was erg bezorgd over de aanhang die étatistische ideeën kregen in de wereld, en in zijn boek Omnipotent Government legt hij uit hoe socialisme, nationalisme en militarisme een bedreiging vormen voor onze vrijheid. Hieronder enkele van Mises’ beste citaten over oorlog en de vrije markt:

Oorlog … is schadelijk, niet alleen voor de veroverden maar ook voor de veroveraar. De maatschappij is onstaan uit de producten van vrede; de essentie van de maatschappij is vrede sluiten. Vrede, en niet oorlog, is de vader aller dingen. Alleen economische activiteit heeft de welvaart om ons heen gecreëerd; arbeid, niet de militaire loopbaan, brengt geluk. Vrede bouwt, oorlog vernietigt. (Socialism, p. 59)

De markteconomie houdt vreedzame samenwerking in. Het barst uit elkaar wanneer de burgers in krijgers veranderen en, in plaats van dat zij goederen en diensten uitwisselen, elkaar bevechten. (1st Ed. Human Action, p. 817 ; 3rd Ed. Human Action, p. 821)

Economische gezien zijn oorlog en revolutie altijd slecht voor handel. (Nation, State, and Economy, p. 152)

De markteconomie betekent vreedzame samenwerking van goederen en diensten. Het kan geen stand houden wanneer grootschalige moord aan de orde van de dag is. (Interventionism: An Economic Analysis, p. 67)

Oorlogswelvaart is als de welvaart die door een aardbeving of een plaag gebracht wordt. De aardbeving betekent goede handel voor bouwvakkers, en cholera verbetert de handel van dokters; maar niemand heeft nog om die reden geprobeerd om aardbevingen en cholera te bejubelen als de prikkels van de productieve krachten van het algemene belang. (Nation, State, and Economy, p. 154)

Er zijn altijd, … in alle andere naties, goedpraters van aggressie, oorlog, en verovering geweest. (Omnipotent Government, p. 232)

Oorlog kan in feite geen economische voorspoed brengen, in ieder geval niet direct, aangezien een toename van welvaart nooit het gevolg is van de vernietiging van goederen. (Nation, State, and Economy, p. 154)

[D]e essentie van zogenaamde oorlogswelvaart; het maakt sommigen rijker door wat het van anderen wegneemt. Het is niet een toename van welvaart maar een herverdeling van welvaart en inkomen. (Nation, State, and Economy, p. 158)

Oorlog is … een vernietiger en en destructor, kortom, als een kwaad dat allen treft, zowel overwinnaar als overwonnene. (Nation, State, and Economy, p. 86)

De filosofie van protectionisme is een oorlogsfilosofie. De oorlogen van ons tijdperk zijn niet in strijd met de populaire economische doctrines; in tegendeel, ze zijn het onvermijdelijke gevolg van de consistente toepassing van deze doctrines. (1st Ed. Human Action, p. 683; 3rd Ed. Human Action, p. 687)

Alwie vrede wenst tussen mensen moet vechten tegen het étatisme. (Nation, State, and Economy, p. 77)

De moderne maatschappij, aangezien zij gebaseerd is op arbeidsverdeling, kan alleen worden behouden onder de toestand van blijvende vrede. (Liberalism, p. 44)

[A]leen tolerantie kan de toestand van maatschappelijke vrede scheppen en behouden, zonder welk de mensheid terug zal vallen in barbarisme en de armoede van lang vervlogen eeuwen. (Liberalism, p. 56)

De moderne oorlog is niet een oorlog van koninklijke legers. Het is een oorlog van de mensen, een totale oorlog. Het is een oorlog van staten die hun onderdanen geen private levensruimte willen geven; ze beschouwen de hele bevolking als een deel van de bewapende troepen. Alwie niet vecht moet werken voor de ondersteuning van het leger. Het leger en het volk zijn één en dezelfde. De burgers nemen gepassioneerd deel aan de oorlog. Want het is hun staat, hun God, die vecht. (Omnipotent Government, p. 104)

Mensen bevechten elkaar, omdat zij overtuigd zijn dat de uitroeing van hun tegenstanders de enige manier is om hun eigen welzijn te verbeteren. (1st Ed. Human Action, p. 175; 3rd Ed. Human Action, p. 176)

Het bestaan van de wapenindustrieën is het gevolg van oorlogszucht, niet de oorzaak ervan. (1st Ed. Human Action, p. 297; 3rd Ed. Human Action, p. 300)

Welke basis voor oorlog zou er nog kunnen zijn, als alle mensen vrij werden gelaten? (Nation, State, and Economy, p. 34)

[Een o]verwonnen oorlog is zelfs voor de overwinner een kwaad, daar vrede altijd beter is dan oorlog. (Liberalism, p. 24)

Oorlogen, zowel in het buitenland als in het binnenland (revoluties, burgeroorlogen) zijn waarschijnlijker te voorkomen, naarmate arbeidverdeling de mensen bindt. (Critique of Interventionism, p. 115)

Oorlog is het alternatief voor vrijheid van buitenlandse investeringen zoals gerealiseerd door de internationale kapitaalmarkt. (1st Ed. Human Action, p. 498; 3rd Ed. Human Action, p. 502)

De uitspraak “de één zijn dood is de ander zijn brood” geldt voor roof, oorlog, en buit. De buit van de rover is de schade van het beroofde slachtoffer. Maar oorlog en handel zijn twee verschillende dingen. (1st Ed. Human Action, p. 662; 3rd Ed. Human Action, p. 666)

Het is zeker waar dat ons tijdperk vol met conflicten is die oorlog veroorzaken. Echter, deze conflicten onstaan niet door de werking van de onbelemmerde marktmaatschappij. Het is mogelijk om ze economische conflicten te noemen, omdat zij dat deel van het menselijke leven betreffen, dat in het algemene taalgebruik bekend staat als het geheel aan economische activiteiten. Maar het is een serieuze blunder om uit deze term af te leiden dat de oorzaken van deze conflicten de toestanden zijn die onstaan in het kader van een marktmaatschappij. Het is niet het kapitalisme dat ze veroorzaakt, maar juist de antikapitalistische beleidsmaatregelen die bedoeld zijn om het functioneren van het kapitalisme aan banden te leggen.
Ze zijn het resultaat van de inmenging van de verschillende overheden met het bedrijfsleven, of handels- en migratiebarrières en discriminatie tegen buitenlandse arbeid, buitenlandse producten, en buitenlands kapitaal. (1st Ed. Human Action, p. 680; 3rd Ed. Human Action, p. 684)

Wat de gelimiteerde oorlog tussen koninklijke legers in een totale oolog, de strijd tussen mensen, heeft getransformeerd, zijn niet de technicaliteiten van de krijgskunst, maar het vervangen van de laissez-faire staat door de verzorgingsstaat. (1st Ed. Human Action, p. 820; 3rd Ed. Human Action, p. 824 )

Onder laissez-faire is de vreedzame coëxistentie van een veelvoud aan souvereine naties mogelijk. Onder overheidscontrole van het bedrijfsleven is dit onmogelijk. (1st Ed. Human Action, p. 820; 3rd Ed. Human Action, p. 824)

Natuurlijk is het zo dat op lange termijn oorlog en het behoud van de markteconomie niet met elkaar verenigbaar zijn. Kapitalisme is in essentie een plan voor vreedzame naties. (1st Ed. Human Action, p. 824; 3rd Ed. Human Action, p. 828)

Wat de onverenigbaarheid van oorlog en kapitalisme echt betekent, is dat oorlog en hoge beschaving onverenigbaar zijn. Als de efficiëntie van het kapitalisme door overheden wordt geleid in de productie van instrumenten van vernietiging, dan zal de vindingrijkheid van private ondernemingen wapens produceren die krachtig genoeg zijn om alles te vernietigen. Wat oorlog en kapitalisme onverenigbaar met elkaar maakt, is juist de weergaloze efficiëntie van de kapitalistische manier van productie. (1st Ed. Human Action, p. 824; 3rd Ed. Human Action, p. 828)

Het ontstaan van internationale arbeidsverdeling vereist de totale afschaffing van oorlog. (1st Ed. Human Action, p. 827; 3rd Ed. Human Action, p. 831)

De moderne oorlog is meedogenloos, het spaart zwangere vrouwen en kinderen niet; het is ondiscriminerend doden en vernietigen. Het respecteert de rechten van neutrale partijen niet. Miljoenen worden vermoord, tot slaaf gemaakt, of verdreven van de woonplaatsen waar hun voorouders eeuwenlang leefden. Niemand kan voorspellen wat er zal gebeuren in het volgende hoofdstuk van deze eindeloze strijd. Dit heeft weinig te doen met de atoombom. De bron van het kwaad is niet de constructie van nieuwe, nog vreselijkere wapens. Het is de mentaliteit van verovering. Het is waarschijnlijk dat wetenschappers één of andere verdedigingsmethode tegen de atoombom ontdekken. Maar dit zal niet de zaak veranderen, het zal alleen voor een korte tijd het proces van de volledige vernietiging van de beschaving uitstellen. (1st Ed. Human Action, p. 828; 3rd Ed. Human Action, p. 832)

Om de aggressors te verslaan is het niet genoeg om vrede duurzaam te maken. Het belangrijkste is om de ideologie af te wijzen die oolog genereert. (1st Ed. Human Action, p. 828; 3rd Ed. Human Action, p. 832)

Het bereiken van de economische doeleinden van de mens gaat uit van vrede. (Socialism, p. 62)

Maatschappelijke ontwikkeling is altijd een samenwerking voor een gezamenlijke zaak; de sociale relatie betekent altijd vrede, nooit oorlog. Daden van dood en oorlog zijn asociaal. Zij, wier theorieën menselijke vooruitgang beschouwen als het resultaat van conflicten tussen menselijke klassen, hebben deze waarheid over het hoofd gezien. (Socialism, p. 279)

In een wereld van vrije handel en democratie zijn er geen prikkels voor oorlog en verovering. (Omnipotent Government, p. 3)

Maar wat nodig is voor een bevredigende oplossing van het dringende probleem van internationale verbanden is noch een nieuwe instelling met meer comités, secretarissen, commissarissen, rapporten en reguleringen, maar de radicale omverwerping van de mentaliteiten en binnenlandse beleidsmaatregelen die tot conflict zullen leiden. (Omnipotent Government, p. 6)

Als sommige mensen doen alsof de geschiedenis of hun geografische ligging hen het recht heeft om andere rassen, naties, of volkeren te onderwerpen, dan kan er geen vrede zijn. (Omnipotent Government, p. 15)

Want alleen in vrede kan het economische systeem de doelen ervan bereiken, de zo groot mogelijke bevrediging van menselijke noden en behoeften. (Omnipotent Government, p. 50)

Het is niet een tekortkoming van het liberale plan voor internationale vrede dat het niet gerealiseerd kan worden in een antiliberale wereld, en dat het moet falen in een tijdperk van intervenionisme en socialisme. (Omnipotent Government, p. 91)

Oorlogen van aggressie zijn tegenwoordig populair bij die landen die ervan overtuigd zijn dat alleen overwinning en verovering hun materiële welzijn kunnen verbeteren. (Omnipotent Government, p. 104)

De oude liberalen hadden gelijk toen ze zeiden dat geen burger van een liberale en democratische natie profijt heeft van een gewonnen oorlog. (Omnipotent Government, p. 104)

Maatschappelijke samenwerking en oorlog zijn op de lange termijn onverenigbaar … Maar binnen het sociale systeem van samenwerking en arbeidsverdeling betekent oorlog vernietiging. De progressieve evolutie van de maatschappij vereist de progressieve eliminatie van oorlog. Onder de huidige toestand van internationale arbeidsverdeling is er geen plaats voor oorlogen. De grote maatschappij van een wereld-omvattende wederzijdse uitwisseling van goederen en diensten vereist een vreedzaam samenbestaan van staten en naties. (Omnipotent Government, p. 122)

Als de mensen niet zullen slagen in het afschaffen van oorlog, zijn de beschaving en de mensheid gedoemd. (Omnipotent Government, p. 122)

Als je oorlog wilt afschaffen, moet je de oorzaken ervan elimineren. Wat nodig is, is om overheidsactiviteiten te beperken tot het beschermen van leven, welzijn, en privaat eigendom, en om daarmee de werking van de markt te waarborgen. Soevereiniteit moet niet gebruikt worden om iemand schade te berokkenen, of hij nu burger of buitenlander is. (Omnipotent Government, p. 138)

De markteconomie houdt vreedzame samenwerking in, en barst uit elkaar wanneer mensen, in plaats van dat zij goederen en diensten uitwisselen, elkaar bevechten. (The Ultimate Foundation of Economic Science, p. 92)

Slechts één ding kan oorlog overwinnen — die liberale mentaliteit die in oorlog alleen destructie en vernietiging kan zien, en die nooit wenst om oorlogen te beginnen, omdat zij oorlog beschouwt als schadelijk, zelfs voor de overwinnaars. (Theory of Money and Credit, p. 433)

Waar liberalisme heerst, zal er nooit oorlog zijn. (The Theory of Money and Credit, p. 433)

Als oorlog beschouwd wordt als gunstig, dan zullen wetten … niet in de weg staan van oorlog. Op de eerste dag van de oorlog zullen alle wetten die er een obstakel voor zijn, opzij gesmeten worden. (The Theory of Money and Credit, p. 434)

De eerste voorwaarde voor het bereiken van eeuwige vrede is natuurlijk de algemene acceptatie van de prinicipes van het laissez-faire kapitalisme. (The Ultimate Foundation of Economic Science, p. 137)

Hij die voor een blijvende vrede wil zorgen moet … een voorstander zijn van vrije handel en een democraat, en moet met beslistheid werken voor het verwijderen van alle politieke heerschappij over kolonies door een moederland, en vechten voor de volledige vrijheid van beweging van personen en goederen. (Nation, State, and Economy, p. 86)

Als iemand vrede wil maken, dan moet men eerst de mogelijkheid elimineren van conflicten tussen mensen. (Nation, State, and Economy, p. 86)

Als men van mening is dat er een onverzoenlijke klassenstrijd is tussen de individuele lagen van de maatschappij, die niet anders kan worden opgelost dan met de gewelddadige overwinning van één klasse over de andere, als men gelooft dat er geen andere contacten mogelijk zijn tussen individuele naties, dan contacten waarbij de een wint wat de ander verliest, dan moet men natuurlijk toegeven dat revoluties in het binnenland en oorlogen in het buitenland niet vermeden kunnen worden. (Nation, State, and Economy, p. 87)

Alwie vrede wil tussen naties moet ernaar streven om de staat en de invloed ervan op de meest stikte wijze te beperken. (Nation, State, and Economy, p. 94)

De weg naar eeuwige vrede ligt niet in het versterken van staatsmacht en gecentraliseerde macht, waar het socialisme naar streeft. (Nation, State, and Economy, p. 96)

[M]et de vooruitgang van arbeidsverdeling zien we de hoeveelheid oorlogen en strijden meer en meer verminderen. De geest van industrialisatie, die onvermoeibaar actief is in de ontwikkeling van handelsrelaties, ondermijnt de oorlogsmentaliteit. (Nation, State, and Economy, p. 150)

Liberalisme verwerpt een aggressieve oorlog, niet wegens liefdadigheidsredenen, maar vanuit het standpunt van utiliteit. Het keurt een aggressieve oorlog af omdat het overwinning beschouwt als schadelijk, en het wil geen veroveringen, omdat het hen beschouwt als een ongeschikte manier om de ultieme doelen waarnaar men streeft te bereiken. Niet door oorlog en overwinning, maar alleen door werk kan een natie de voorwaarden voor het welzijn van haar burgers scheppen. Strijdende naties zullen ten onder gaan, hetzij omdat zij vernietigd worden door sterkere naties, of omdat de heersende klasse cultureel verpletterd wordt door de onderdanen. (Nation, State, and Economy, p. 87)

De geschiedenis is getuige geweest van het falen van veel pogingen om vrede te bereiken door oorlog, samenwerking door dwang, unanimiteit door het slachten van dissidenten … Een blijvende orde kan niet worden bereikt door bajonetten. (Omnipotent Government, p. 7)

Alwie op ethische gronden permanent oorlog wil handhaven als een doel op zich, als een eigenschap van relaties tussen mensen, moet zich helder realiseren dat dit alleen kan gebeuren ten koste van het algemene welzijn, aangezien de economische ontwikkeling van de wereld teruggedraaid zou moeten worden tot ten minste de toestand in het jaar 1830 om te dit oorlogsidee ook maar in kleine mate te realiseren. (Nation, State, and Economy, p. 151)

De verliezen die de nationale economie lijdt door oorlog, afgezien van de nadelen die het gevolg zijn van uitsluiting van de wereldhandel, bestaan uit de destructie van goederen door militaire daden, uit de consumptie van oorlogsmateriaal van allerlei soorten, en uit het verlies van productieve arbeid, die de personen die in de militaire dienst zijn gesleurd, zouden hebben verricht met hun activiteiten als burger. Verdere verliezen door arbeidsverlies vinden plaats in zoverre als het aantal arbeiders wordt gereduceerd door het aantal gesneuvelden, en in zoverre als de overlevenden minder fit worden als gevolg van opgelopen verwondingen, ondergane ontberingen, geleden ziekten, en verslechterde voeding. (Nation, State, and Economy, p. 151–52)

Er zijn omstandigheden die de consumptie van kapitaal onvermijdelijk maken. Een dure oorlog kan niet worden gefinancierd zonder zo een schadelijke maatregel … Er kunnen situaties ontstaan waarin het onvermijdelijk is om het huis af te branden om niet te bevriezen, maar zij die dat doen moeten realiseren wat het kost en waar zij later een gebrek aan zullen hebben.(Interventionism: an Economic Analysis, p. 52)

Het is niet het winstbejag van de ondernemers dat afkeurenswaardig is. Oorlog zelf is afkeurenswaardig! (Interventionism: an Economic Analysis, p. 74)

Vanaf het begin speelde in alle socialistische groepen de gedachte om geen van de maatregelen die tijdens de oorlog waren ingesteld na de oorlog af te schaffen, maar juist om de weg naar het voltooien van socialisme te bespoeden. (Nation, State, and Economy, p. 176)

[A]ggressors kunnen geen totale oorlog voeren zonder socialisme in te voeren. (Interventionism: an Economic Analysis, p. 70)

De grote Britse econoom Edwin Cannan (1861–1935) schreef dat als iemand de onbeleefdheid had om te vragen wat hij in de Eerste Wereldoorlog had gedaan, hij antwoordde “Ik protesteerde.” (Economic Freedom and Interventionism, p. 172.)

Ludwig von Mises (1881–1973) was de voorman van de Oostenrijkse School in de economie. Dit artikel verscheen eerder op Mises.org en werd vertaald door Meervrijheid. De citaten komen uit:

-The Theory of Money and Credit (Indianapolis: LibertyClassics, 1981 [1912])
-Nation, State, and Economy (N.Y.: New York University Press, 1983 [1919])
-Socialism (Indianapolis: LibertyClassics, 1981 [1922])
-Liberalism (Irvington, N.Y.: FEE, 1985 [1927]
-Critique of Interventionism (New Rochelle, N.Y.: Arlington House, 1977 [1929])
-Interventionism: An Economic Analysis (Irvington, N.Y.: FEE, 1998 [1940])
-Omnipotent Government: The Rise of Total State and Total War (Spring Mills, PN.: Libertarian Press, 1985 [1944]
-Human Action (3rd-4th Edition, Irvington N.Y.: FEE, 1996; The Scholar’s Edition, 1998 [1949])
-The Ultimate Foundation of Economic Science (Kansas City: Sheed Andrews and McMeel, 1978 [1962])
-Economic Freedom and Interventionism (Irvington, N.Y.: FEE, 1990)

Vele van deze boeken en andere artikelen van Von Mises zijn on-line te lezen op de site van het Ludwig von Mises Institute.

Dit artikel verscheen eerder op: mvlogo-small.jpg

2 REACTIES

  1. Al. die bewapening schijnt te kosten 900 miljard dollar per jaar, dat is 150 dollar per persoon.
    “Ach waren alle mensen wijs
    en deden daarbij wel !
    De aard was dan een paradijs,
    nu is zij meest een hel!”
    Naar ik meen van Dirk Camphuis.
    hugo van reijen

  2. Hoe kan Von Mises in een oorlog die maar iets meer dan vier jaar duurt (augustus 1914- november 1918) zes jaar aan het front gelegerd zijn?

    Klein detail in een verder fijn kort en verhelderend stuk voor iemand die geen zin heeft om hele boeken door te spitten.

Comments are closed.