lieve_Theo_1-large.jpgNederland kent opnieuw een politieke moord, zeer korte tijd na de moord op Pim Fortuyn, toen het al geleden was van 1672 met de moord op de gebroeders De Witt. Cineast Theo Van Gogh, de opvolger van Pim Fortuyn als voorvechter van de vrijheid van meningsuiting in Nederland, werd in koelen bloede vermoord in de ochtend van twee november. Dat de moordenaar een moslimfundamentalist is, is geen toeval. Sinds lange tijd bestaat in de Islam een invloedrijke stroming die sterk antiliberaal is en de natuurlijke rechten die elk individu bezit niet erkent.

Het feit dat een dergelijke variant van de Islam dominant is, is verantwoordelijk voor de achterlijkheid van deze cultuur, want hoe kan men anders een cultuur beschrijven waar vrouwen meer als goederen dan als iets anders worden behandeld, waar familiestructuren en staten een autoritaire structuur hebben en waar de vrije meningsuiting niet als heilig wordt beschouwd.

Waar de vrije meningsuiting wel als heilig wordt beschouwd, of althans een zeer verregaande bescherming geniet, namelijk in het Westen, is een beschavingsniveau ontstaan dat de mensheid nooit tevoren heeft gekend. Vrije meningsuiting is immers het sluitstuk van een evolutie die begint met de bescherming van eigendom. Ook verregaande bescherming van eigendom is een typisch Westers verschijnsel, dat rond het jaar 1000 in Engeland ontstond met de enclosurebeweging, en in feite de wedergeboorte was van de idealen van de Klassieke oudheid. In de oudheid was het eigendomsrecht immers iets dat onafhankelijk en voorafgaand bestond aan de heersers, wat aanleiding gaf tot een geringe interventie van het publiekrecht van de autoriteiten in het privaatrecht, oftewel tot een geringe interventie van de Staat in de eigendomsordening. Tot op de dag van vandaag is deze Westerse heruitvinding van de idealen van de oudheid bewaard gebleven in het Westen. Zakenrecht en eigendomsordening zijn rechtstakken die aan weinig verandering onderhevig zijn en grotendeels aan de rechter worden overgelaten.

Eigendomsbescherming en vrije meningsuiting gaan steeds hand in hand. In de Aziatische autoritaire regimes bijvoorbeeld stimuleert de grotere eigendomsbescherming de vrije meningsuiting. Eén van de factoren van de Aziatische crisis in 1997 was het gebrek aan vrije meningsuiting in de financiële berichtgeving, wat tot een gebrek aan transparantie aanleiding gaf en tot verkeerde investeringen met grote verliezen als gevolg. Ondertussen zijn de mogelijkheden vergroot om financieel te berichten, wat soms moeilijk te onderscheiden valt van politieke berichtgeving en zo meer mogelijkheden creëert voor kritiek op het regime. Omgekeerd valt helaas het voorbeeld te vermelden van Zimbabwe, waar de aantastingen van eigendomsrechten in de vorm van ‘landhervormingen’ ten voordele van de zwarte bevolking het land tot een dictatuur hebben herschapen waar vrije meningsuiting slechts als een holle slogan klinkt. Meer theoretisch is eigendomsbescherming niets meer dan het erkennen van de mening van een individu van wat hij met zijn eigendom doet en komen beide begrippen neer op hetzelfde, namelijk respect voor het individu.

De heruitvinding in het Westen van de idealen van de Oudheid, gebeurde echter via de Moslimwereld. De ideeën van de Oudheid werden bewaard en gekoesterd in het Oost-Romeinse rijk en het is geen toeval dat we deze idealen van respect voor het individu, zoals ook door Aristoteles geformuleerd, kunnen herontdekken bij de Arabische filosofen uit het Spanje van de elfde eeuw, toen de Moslimwereld een voor die tijd verfijnd en hoogstaand cultureel niveau haalde. Eén van deze filosofen was Averroës, oftewel Ibn Rusj, die een filosofie voorstond die het mogelijk achtte om via de rede tot waarheid te komen, en niet enkel via geloof. Een zeer controversieel filosofisch thema in die dagen in het Westen. Averroës werd echter beschimpt en uitgehoond in de eigen Moslimwereld, die stagneerde en zich niet verder ontwikkelde. Waar de ideeën van Averroës echter wel doorbraken, was in het Westen, waar ze door Thomas van Aquino, de meest invloedrijke filosoof van de Middeleeuwen, werden overgenomen.

Waarom filosofen als Thomas werden heiligverklaard in het Westen, en waarom deze ideeën niet doorbraken in andere culturen zoals de Arabische of de Chinese, kan onder meer worden verklaard door het specifieke juridische systeem dat in de Middeleeuwen in Europa bestond. In dat systeem was er niet enkel een afwezigheid van een sterk centraal gezag, maar bovendien een systeem van personaliteit van de juridische relaties, wat betekent dat men niet ondergeschikt was aan één rechtsorde, maar aan verschillende concurrerende. Men kon ondergeschikt zijn aan de rechtsordes van de stad, de clerus, het leger, de handelaars, het canonieke recht, enzomeer.

Dit gaf aanleiding tot onduidelijkheid en voortdurende juridische twisten die soms culmineerden in kleine oorlogjes, die echter voornamelijk door huurlingen werden uitgevochten. Dat was zeer duur was en dus te vermijden, en maakte als dusdanig niet zo veel slachtoffers dan de moderne oorlogen. Dit systeem zorgde ondanks de nadelen ervan en het feit dat niet iedereen eraan deelnam, zoals de lijfeigenen, toch voor een ongekende ontwikkeling en vormt in feite de basis voor de superieure ontwikkeling van het Westen ten opzichte van de andere werelddelen. Daar, in China en in de Arabische wereld, heersten territoriale relaties en waren de onderdanen slechts aan één juridische orde onderworpen, wat uiteraard aanleiding gaf tot misbruiken van die ene monopolistische heerser. Het Westerse systeem was in feite een systeem met een zeer verregaande bescherming voor het individu.

Toen in het Westen ook volwaardige Staten werden gevormd, kon de traditie van bescherming van het individu niet zomaar opzij worden gezet en bleef deze traditie voortleven in de zware beperkingen die Staten moeten aanvaarden op hun eigen macht. Toch leidde ook in het Westen het ontstaan van juridische monopolies tot zware misbruiken, wat zijn hoogtepunt bereikte in de twintigste eeuw met de twee wereldoorlogen. In dat opzicht moet ook de Europese eenmaking gezien worden als een breuk met de Europese traditie en een gevaar voor de bescherming van het individu, waarvan de eerste tekenen al zichtbaar zijn.

De Europese juridische structuur zorgde er dus voor dat niet het autoritaire Christendom van Bernardus van Clairvaux, waarbij de rede niet tot waarheid kon leiden en enkel geloof dienend was, maar wel de ideeën van Thomas de bovenhand kregen, die vertrouwen stelden in het individu om tot waarheid te komen en in deze betekenis als ‘liberaal’ kunnen worden beschouwd. Europa kende een juridische structuur die beantwoorde aan het gegeven dat het enige duidelijke geheel in de natuur het individu is. In de Islam was dit dus helaas niet het geval en won de antiliberale Islam het pleit. De wereld van de Islam stagneerde, en geraakte achterop.

De Westerse kolonisatie slaagde er niet in de Islamwereld erbovenop te helpen. De kolonisatie zelf was immers een van de uitwassen van de machten van de Westerse natiestaten, en wellicht was het beter om er nooit mee te zijn begonnen. De globalisering echter lukt er wel in, en wel omdat dit het tegendeel is van de kolonisatie. De kolonisatie is immers een dictatoriale ingreep in maatschappelijke structuren, terwijl globalisering een vrijwillig proces is van handel met de Islamwereld, waarbij die gaandeweg meer te verliezen heeft bij autoritaire structuren en meer te winnen bij eigendomsbescherming en vrijheid van meningsuiting. Bovendien wonen vele Moslims fysiek in het Westen, en is het slechts een kwestie van tijd eer zij geïntegreerd zullen zijn in de Westerse samenlevingen.

De globalisering is dus uitermate geschikt om de mentaliteit van de individuen in de Islamwereld te veranderen, en een liberalere Islamcultuur voort te brengen. Eén van de redenen waarom de Westerse natiestaten geen dictaturen zijn, alhoewel in se niet zo verschillend van de Staten uit de Islamwereld, is dat de individuen niet aanvaarden dat het dictaturen zouden zijn. De middeleeuwse traditie van de personele juridische relaties waarbij men onder concurrerende heersers leefde speelt daar dusgezegd een grote rol in, aangezien men vrijheid gewoon is en het als iets vanzelfsprekend beschouwd in het Westen, en zeker in de V.S., dat de Europese traditie van individuele vrijheid verder ontwikkelde.

Veel minder vindt men dit bewustzijn in Oost-Europa, Latijns-Amerika, Afrika, Azië en de Arabische wereld, alhoewel ook het Westen eind negentiende eeuw een neerwaartse evolutie kende. Na de tweede wereldoorlog zorgde de schok van de gevolgen van de Nazi-dictatuur ervoor dat Westerlingen opnieuw meer hun eigen vrijheid begonnen op te eisen en werd de argwaan ten opzichte van de machten van de Staat over het individu opnieuw groter. Nog steeds is de roep om bescherming voor het individu het grootst in het Westen, maar in Azië gaat men er met rasse schreden op vooruit. Vooralsnog blijft de Moslimwereld steken, en de politieke moord op Theo Van Gogh is tekenend voor de moeilijkheden die men onder Moslims heeft om vrije meningsuiting te aanvaarden. Vrije meningsuiting is echter iets heiligs, net als eigendomsbescherming, iets dat in het Westen voluit tot ontwikkeling kwam, maar een universele waarde heeft, wat de Aziatische ervaring toont, en wat de globalisering ook de Arabische wereld zal tonen.

Pieter Cleppe is Oud-voorzitter LVSV-Leuven (www.lvsvleuven.be)

1 REACTIE

  1. Als u een (behoud) van kerk en staat voorstaat, waar ik u ten zeerste van verdenk, raad ik u aan te stoppen de religieus getinte rituele afslachting c.q. aanslag op het leven van de heer Van Gogh een politieke moord te noemen. Doch u die mening mag hebben, is zij feitelijk onjuist. De heer Van Gogh was geen politicus, beoefende geen politiek, had geen politieke macht en ventileerde zijn meningen niet via politieke kanalen, maar via de ‘vrije’ media – krant, film, internet. Een vergelijking met de moord op Fortuijn is dan ook ridicuul.

    U spreekt over politieke moord en vrijheid van meningsuiting. De meningen van Van Gogh over bijvoorbeeld de radicale Islam c.q. de Vijde Colonne van de Geitenneukers hadden geen directe poltieke implicaties maar waren gericht op de vele ongelijkheden binnen die radicale Islam, vooral die tussen man en vrouw. Net als de korte film Submission nog weleens wordt uitgelegd als een politieke film, niets is meer onjuist. Alleen individuen of groepen de de scheiding tussen kerk en staat niet paraat hebben kunnen de film uitleggen als een politieke film.

    Misschien is het vanuit het oogpunt van de Vijfde Colonne wel een politieke moord geweest, de informatie van nu impliceert dat Van Gogh het makkelijke doelwit was in plaats van c.q. als zoethoudertje voor A. Hirshi Ali en G. Wilders, die wel in de politiek werkzaam zijn. De politieke motieven van de Vijfde Colonne staan dan wel los van welke rechtstaat dan ook, ervan uitgaande dat zij niet gesubsidieerd worden door een land als Iran. Hier is een volledige scheiding van kerk (hier: moskee), staat en politiek te zien. Geen enkele democratische rechtstaat kan een actie als op 2 november heeft plaatsgevonden steunen, daarom het is afslachting van Van Gogh een aanslag op deze democratische rechtstaat – de universele rechten en verworven vrijheden – maar is het zeker geen politieke moord.

    Zelfs als er een aanslag op George W. Bush wordt gepleegd zou ik twijfelen of dat een politieke moord zou zijn daar hij aan de leiding staat van een land met fascistische kenmerken, welke de scheiding tussen kerk en staat ook niet zo nauw meer neemt en met fundamentalistisch christelijk oogmerk oorlogen voert tegen Moslimstaten of naargelang waar olie te vinden is, altijd haar eigenbelang volgende.

    Maar goed dit is mijn menign en dat wilde ik even kwijt

Comments are closed.