In tegenstelling tot in Vlaanderen, waar het debat over de multiculturele samenleving nog grotendeels wordt beheerst door de cultuurrelativistische elite, neemt de kritiek op de nefaste gevolgen van het multiculturele denken in Nederland halsoverkop toe.
Sylvain Ephimenco |
Sinds de moord op Theo van Gogh is de discussie over de multiculturele samenleving in Nederland nog toegenomen. In tegenstelling tot in Vlaanderen, waar het debat nog grotendeels wordt beheerst door de cultuurrelativistische elite, neemt de kritiek op de nefaste gevolgen van het multiculturele denken in Nederland halsoverkop toe. Niet alleen bij autochtone denkers als Paul Scheffer en Paul Cliteur, maar ook en vooral bij autochtonen zelf, zoals Hafid Bouazza, Ayaan Hirsi Ali en Nahed Selim. Iemand die al jaren ingaat tegen het politiek correcte denken van de linkse kerk is de columnist Sylvain Ephimenco die over dit thema onlangs het boek Het land van Theo van Gogh schreef. Hij werd in 1956 geboren in de stad Oran in Algerije en maakte als kind de Algerijnse bevrijdingsoorlog mee. Later belandde hij samen met een miljoen andere pied-noirs in Frankrijk, leerde een Nederlands meisje kennen en kwam terecht in Rotterdam, de stad waar Pim Fortuyn zorgde voor een ware omwenteling.
Als kind heb je van nabij de postkoloniale oorlog meegemaakt tussen de Algerijnen en de Fransen. Hebben die gebeurtenissen je later beïnvloed?
Sylvain Ephimenco: Voor de oorlog leefden Algerijnen en Fransen als vrienden door elkaar maar gaandeweg werden ze elkaar ergste vijanden. Je zag toen plots een radicalisering tussen het FLN (het Algerijnse Front de Libération Nationale) en de OAS (de Franse Organisation de l’Armée Secrète). De eerste slachtoffers waren toen de gematigden die werden afgemaakt door hun eigen mensen. Ik heb als kind mensen voor ons huis zien vermoord worden. Ik heb toen gemerkt hoe verschrikkelijk een conflict tussen etnische en religieuze groepen kan zijn.
We zien vandaag toenemende spanningen tussen allochtonen en autochtonen. Kunnen we zeggen dat de integratiepolitiek van de voorbije decennia mislukt is?
Sylvain Ephimenco: Ik ken heel wat mensen die zich perfect geïntegreerd hebben maar het globale beleid is inderdaad mislukt. Sinds de moord op Pim Fortuyn beseffen heel wat politici, ook van links, dat de ganse integratiepolitiek met behoud van eigen identiteit contraproductief is geweest. Eigenlijk was het multiculturele beleid in Nederland uniek. Vanaf de eerste immigratiegolf probeerde men de autochtonen een schuldbesef aan te praten en nam men elke verantwoordelijkheid voor de nieuwkomers weg. Die mensen bleven in hun eigen cultuur zitten, een cultuur die men gelijkwaardig achtte als de eigen cultuur en dus niet mocht bekritiseren. Jarenlang was het multiculturalisme een dogma, een soort linkse, proletarische strijd voor de arme nieuwkomers tegen de burgerlijke samenleving. Dat heeft onbewust de ganse maatschappij ontwricht. Pas twee jaar geleden kwam de reactie met de explosieve opkomst van Pim Fortuyn.
In een van je teksten heb je het over de ‘Linkse leegte en progressieve rancune’. Kan je dit toelichten?
Sylvain Ephimenco: Op een dag werd duidelijk dat het multiculturalisme compleet gefaald was. Autochtone burgers keerden zich af tegen mensen uit andere culturen omdat ze vonden dat die steeds werden voorgetrokken, dat die zich alles mochten veroorloven en dat er tegen hen niet werd opgetreden. Ze verlieten ook massaal hun oude buurten en wie er als autochtoon achterbleef geraakte helemaal gefrustreerd. Die overblijvers verstaan zelfs de taal niet die er gesproken wordt. Links zat plots met een enorme leegte. Dat merkte je ook toen Ayaan Hirsi Ali overstapte van de socialistische PVDA naar de liberale VVD omdat ze bij links geen gehoor vond en er zelfs tegengewerkt werd. Toen kwam er ook kritiek van mensen als Paul Cliteur, Afshin Ellian, Leon de Winter en Paul Scheffer. Het enige wat links kon verzinnen was hen te stigmatiseren als ‘rechts’, net niet fascistisch, maar toch rechts. De rancune bij heel wat linkse opiniemakers is bijzonder groot. Ze beseffen dat ze ongelijk hebben, en proberen nu te relativeren. Ze schelden op al wie de problemen durft te benoemen en beschuldigen hen van ‘verbaal geweld’.
Sommigen zeggen dat Theo van Gogh verbaal geweld gebruikte, daarbij te ver is gegaan en de islam beledigd had. Begrijp je die kritiek?
Sylvain Ephimenco: Theo van Gogh was mijn vriend niet, hij kon heel nare dingen zeggen, maar wat is nu het probleem van iets te beledigen met woorden? Men mag toch ook het christendom beledigen of het liberalisme. Als men dit argument nog maar gebruikt als een begin van een verontschuldiging voor de afslachting van Theo van Gogh dan is men heel verkeerd bezig. Kijk, de echte bedoeling van de radicale moslims is door deze daad de escalatie te bevorderen zodat de autochtone en allochtone gemeenschappen zoveel mogelijk tegenover elkaar komen te staan. Het is een kwestie van actie en reactie. De extremisten hopen nu dat moskeeën en scholen in brand worden gestoken. Op die manier hopen ze dat heel wat jonge moslims, die nu balanceren tussen gematigd en extreem, kiezen voor het radicale kamp. En dan stijgt de kans op een groot conflict in Europa. Geloof me, als er één plek is in de wereld waar het echt kan exploderen, dan is het Europa.
Het aanklagen van misstanden in de islam lijkt intussen wel bijzonder gevaarlijk te worden. Ayaan Hirsi Ali leeft sinds de moord op Theo van Gogh ondergedoken en daarvoor reeds had Paul Cliteur besloten om te zwijgen over dergelijke gevoelige thema’s. Ben je zelf van plan om voorzichtiger te worden?
Sylvain Ephimenco: Neen, want dan had ik dit boek nooit laten verschijnen. Ik heb er nog speciaal een open brief aan toegevoegd gericht aan Mohammed B., de moordenaar van Theo van Gogh. Besef goed wat hier gebeurd is. De moordenaar heeft een brief, eigenlijk een manifest van haat in het lichaam van een mens geplant met een groot mes. De dag na de moord heb ik een stuk geschreven onder de titel ‘Hier past geen wraak’ als een oproep tot rust en vrede. Maar je moet je eigen beschaving ook offensief verdedigen en pal blijven staan voor onze fundamentele waarden als de vrijheid van meningsuiting. Dus schrijf ik nu dat Mohammed B. mijn vijand is. Loop ik daarmee risico’s? Waarschijnlijk wel, maar je kan toch niet wegkijken. We moeten een vuist maken, een weerwoord geven. Nu zwijgen zou toegeven zijn aan chantage. Je hoort ook mensen zeggen dat ze hier weg willen en naar het buitenland emigreren. Dat is een toppunt van lafheid en defaitisme.
De huidige Amsterdamse wethouder voor integratie Ahmed Aboutaleb veroordeelde ooit Ayaan Hirsi Ali omdat ze haar eigen nest zou bevuilen. Was dit een terechte kritiek?
Sylvain Ephimenco: Dat was een schandelijke kritiek. Hij heeft echt een groot aandeel gehad in het beïnvloeden van de geesten binnen zijn gemeenschap. Toen Ayaan Hirsi Ali in september 2002 voor de eerste keer moest onderduiken was er een debat gepland tussen haar en Ahmed Aboutaleb, die directeur was van Forum, het belangrijkste multiculturele instituut in Nederland. De gespreksleider was toen ironisch genoeg Theo van Gogh. Hirsi Ali kwam niet opdagen wegens die bedreigingen en Ahmed Aboutaleb begon dat te bagatelliseren en haar aan te vallen. “Wat denkt zij wel? Dat ze uit de eigen kring kan stappen, een afvallige moslim worden en dan in eigen nest pissen?”, waarop de jongeren begonnen te juichen. Dat was niet alleen een vulgaire uitspraak maar ook bijzonder gevaarlijk. Daarmee maakte hij haar monddood. Dat vond ik heel erg.
Je schrijft dat ook de vredelievende moslims een zekere verantwoordelijkheid hebben in de strijd tegen moslimfundamentalisme. Wat verwacht je van hen?
Sylvain Ephimenco: Alles, want het moet van hen komen. Zij gedragen zich voortdurend als toeschouwers, alsof het hen niet aangaat. Neem de aanslagen van 11 september. Voor de moslimgemeenschap waren de daders geen moslims, of toch geen échte moslims, of het waren gekken, of leden van Israëlische geheime dienst. Maar nooit zullen ze zeggen dat er een groot probleem bestaat binnen hun geloof zelf. De islam is in crisis. Er is een strijd gaande tussen een kleine groep radicale moslims die steeds meer aanhang wint, en een grote meerderheid van gematigden die echter apathisch en passief blijft en niet voldoende doet om zich af te zetten van de radicalen. En die strijd wordt gevoerd over de rug van niet-moslims. Wat ik van de vredelievende moslims verwacht is dat ze duidelijk stelling zouden nemen tegen wat gebeurd is in New York, Madrid en nu in Amsterdam. Ze moeten opkomen tegen imams die binnen de moskeeën haat prediken. Ze mogen niet langer wegkijken voor wat er binnen hun geloof gebeurt. Ze mogen hun geloof niet laten gijzelen door fanatici binnen hun middens.
Binnen de multiculturele samenleving hebben we religie toch juist als een positief element aanzien. Wat moet er dan veranderen?
Sylvain Ephimenco: Een geloof dat zijn zaken niet op orde heeft zoals de islam moet je zoveel mogelijk terugdringen naar de private sfeer. Niet als straf maar als veiligheidsmaatregel. Zo moeten we stoppen met het toelaten van gebedsruimten in openbare scholen. Zo moeten we hoofddoeken verbieden voor mensen met openbare functies. Zo mogen we geen uitzonderingen meer toelaten op gemengd zwemmen. Dat zijn allemaal zaken die knagen aan de seculiere identiteit van de openbare ruimte. Daar moeten we dringend mee stoppen.
De multiculturele samenleving lijkt me in onze westerse samenlevingen een feit. Er leven hier nu eenmaal heel wat mensen met uiteenlopende culturele en religieuze overtuigingen. Maar je hebt het over een multiculturele segregatie. Wat bedoel je daarmee?
Sylvain Ephimenco: Ik maak een onderscheid tussen multicultureel en multi-etnisch. Multicultureel betekent dat de dominante cultuur met haar specifieke waarden wordt afgevlakt en dat alle culturen gelijkwaardig zijn. Het multiculturalisme omarmt ook het cultuurrelativisme: je hoeft niet op ons te lijken want we zijn de moeite niet waard, doe wat je wil, spreek je eigen taal. Multi-etnisch betekent dat er geen monolitisch blank blok bestaat en dat we de verscheidenheid aanvaarden maar wel allemaal verenigd zijn rond enkele gezamenlijke waarden zoals de gelijkheid van man en vrouw. We mogen geen duimbreed toegeven aan culturen die vinden dat vrouwen een ondergeschikte rol hebben aan de man. Of de vrijheid van meningsuiting. Daar mag niet aan geraakt worden. En die waarden moeten de steunpilaar zijn van de multi-etnische samenleving.
Betekent dit dat mensen hun eigen cultuur en religie achter zich moeten laten?
Sylvain Ephimenco: Niet in de private levenssfeer maar wel in de publieke ruimte. In de publieke ruimte mogen we bijvoorbeeld de sharia niet aanvaarden. Maar laat het mij anders zeggen. Sommigen vinden ‘assimilatie’ een vies woord, maar dat is het helemaal niet. Mijn grootouders kwamen uit andere culturen, ze hebben zich gevestigd in Algerije en Frankrijk en hebben zich daar perfect geassimileerd. Na een bepaalde periode is dat ook normaal. Assimilatie niet als beleid maar als natuurlijk proces dat niet gehinderd mag worden. Mensen als Abou Jahjah zijn daar natuurlijk tegen want die willen juist een soort segregatie, een soort apartheid. Waarom zou assimilatie voor moslims niet als een natuurlijk proces kunnen verlopen? De reden is blijkbaar dat ze waarden aanhangen die sterk verschillen van onze waarden.
Je hebt het over de groeiende kloof tussen de cultuurrelativistische elite en de gewone man in de straat. Heb je dat zelf ondervonden in Rotterdam?
Sylvain Ephimenco: Grote steden als Amsterdam en Rotterdam kenden een leegloop van autochtonen. Die begrepen niet dat zij zich moesten aanpassen aan nieuwkomers. Het credo van het multiculturalisme was dat integratie van twee kanten moest komen. Dat is toch onzin. Je moet wel verdraagzaam zijn tegenover anderen, maar je hoeft toch niet hun gewoontes en manier van leven over te nemen. Die autochtone mensen, vaak zwakke en oudere mensen, komen in hun straat en horen zelfs hun eigen taal niet meer. Zij voelen zich als buitenlanders in eigen land. Dat is een heel natuurlijke reactie. Die mensen zijn hun richtpunten kwijt. Eigenlijk gaat het om de verworpenen van de multiculturele samenleving. En intussen zegt de bestuurlijke elite dat ze hun mond moeten houden, want dat ze niet mogen discrimineren en niet racistisch mogen zijn, terwijl hun klachten heel legitiem zijn en vaak niets met discriminatie of uitsluiting te maken hebben. Dat begint men in Nederland nu eindelijk in te zien.
Jarenlang werd de discriminatie en het racisme aangewezen als de belangrijkste oorzaak van de toenemende spanningen tussen autochtonen en allochtonen. Maar jij wijst vooral naar het ‘slachtofferisme’. Wat bedoel je daarmee?
Sylvain Ephimenco: Dat is voor mij een belangrijk begrip geworden na 11 september. Binnen de moslimwereld werden de aanslagen in de VS onmiddellijk gebagatelliseerd. Zo maakte imam Abdullah Haselhoef, tijdens een herdenkingsdienst voor de slachtoffers, de vergelijking met een grote boot met de blanken op het dek genietend van de zon en helemaal onderaan in het ruim andere mensen, vooral moslims, die snakken naar lucht en gaten in de bodem boorden waardoor de boot zinkt. Daarmee praatte hij het Westen een schuldgevoel aan. Steeds maar opnieuw zeggen: het is niet onze schuld maar jullie schuld. Het zijn jullie die discrimineren, jullie die geen plaats maken op de arbeidsmarkt, jullie die oorlog voeren tegen Palestina en wij zijn de slachtoffers. Ik noem het slachtofferisme naar het Franse woord ‘victimisation’.
Het Franse parlement heeft een wet aangenomen op het verbod van opvallende religieuze kentekens, dus ook van de hoofddoek, voor leerlingen in het openbaar onderwijs. Is dat verbod geen aantasting van de vrijheid van godsdienst?
Sylvain Ephimenco: Absoluut niet. De Franse republiek heeft duidelijk gemaakt dat de school de plaats is waar je mening gevormd wordt en waar geen politieke of religieuze invloeden een rol mogen spelen. Die wet is aangenomen met 494 stemmen voor en slechts 36 tegen. Een ongelofelijke meerderheid van links tot rechts. De meerderheid van de moslims is daar trouwens voor de wet. Met die wet heeft men een dam opgeworpen tegen het fundamentalisme, tegen de alsmaar groter wordende eisen van de politieke islam in het Westen. Je moet weten dat er in Frankrijk een zeer gestructureerde fundamentalistische moslimbeweging bestaat, veel erger dan in België of Nederland, met enclaves rond de grote steden waar de overheid zich terug heeft getrokken. Op alle mogelijke manieren proberen fundamentalisten de weerbaarheid van de Franse staat te testen en aan te tasten. Met die wet heeft Frankrijk voor het eerst een halt toegeroepen aan het fundamentalisme.
Wat zijn volgens jou de ware bedoelingen van de fundamentalistische islamisten?
Sylvain Ephimenco: Zij beschouwen onze manier van leven als decadent, zonder waarden, zonder religie, een beschaving ondermijnd door seks, pornografie en drugs. Zij streven naar de islamisering van Europa. Daar zijn ze natuurlijk nog heel ver van maar ze trachten dat proces op alle manieren te versnellen. Zo proberen ze steeds opnieuw uitzonderingsposities te verwerven, zoals eigen gebedruimtes, eigen islamitisch onderwijs, eigen kledingsregels en ook veel en visueel opvallende moskeeën.
In Rotterdam staan al verschillende moskeeën en er zijn plannen voor nog meer islamitische gebedshuizen. Hoe sta je daar tegenover?
Sylvain Ephimenco: In Nederland zijn er al 500 moskeeën voor 1 miljoen moslims, waarvan hooguit een kwart praktizerend. Dat er gebedsruimtes komen in bepaalde buurten waar nog geen moskee bestaat, is natuurlijk geen probleem. Maar we moeten niet de identiteit van de seculiere samenleving laten aantasten door gebouwen die niet bij deze tijd passen. In Rotterdam bestaat reeds de grote Mevlana-moskee en nu gaat men een nog grotere Essalaam-moskee bouwen. Die laatste gaat gefinancierd worden door een rijke man uit de Verenigde Arabische Emiraten, een fundamentalistische moslimstaat. En het zullen heel imposante gebouwen worden. De meeste kerken die gebouwd werden in de vorige eeuw waren sobere gebouwen, men wou niet polariseren. Maar nu komen er echte kolossen om de dominantie van de islam te benadrukken. Het is een verkeerd signaal naar al die moslims die op de seculiere weg zijn en die emanciperen buiten de kerk en de moskee om. De Essalaam-moskee wordt alvast de grootste moskee van Europa met minaretten tot 50 meter hoog, groter dan de Grote Moskee in Parijs. Waarom moet dat nou? De bedoeling is om een grotere importantie toe te kennen aan de boodschappen die binnen de muren van die enorme gebedshuizen worden uitgedragen. Visualiteit is voor de islam heel belangrijk. Monumentale moskeeën, hoofddoeken dragen, iedereen moet het zien en aanvoelen.
Volgens de Amsterdamse burgemeester Job Cohen, zijn moskeeën een goed middel voor een betere integratie van de moslims in Nederland. Deel je die mening?
Sylvain Ephimenco: Absoluut niet. De preken van de imams bevorderen de segregatie. Sommigen roepen op om geen relatie aan te gaan met Nederlanders, onze gewoonten niet over te nemen, zelfs als het kan niet te werken voor een Nederlandse werkgever.
Hoe sta je tegenover de strijd van Bush tegen het wereldwijde terrorisme?
Sylvain Ephimenco: Die oorlog in Irak is waanzinnig dom. Hoezeer ik het regime van Saddam Hoessein ook verwierp, het was nog een van de weinige ietwat seculiere staten binnen de moslimwereld. De VS kon na de aanslagen van 11 september op heel wat sympathie rekenen maar heeft dat allemaal verkwanseld. Bush hoopt in Irak een democratie te installeren maar in feite heeft hij een zee van ruimte gecreëerd voor de fanatieke en fundamentalistische krachten.
In het slot van je boek richt je je tot Mohammed B, de moordenaar van Theo van Gogh. Wat heb je hem te zeggen?
Sylvain Ephimenco: Dat hij zijn menselijkheid heeft verloren. Ik wil zijn overtuiging kapot schrijven. Het kan zijn dat er een goede, rechtvaardige en barmhartige god bestaat, alhoewel ikzelf niet geloof, maar er bestaat zeker geen god van dood, van wraak, van vernedering. Het kan zijn dat er een god van liefde bestaat, maar dan heeft Mohammed B. hem kennelijk nooit gehoord. Ik was geen vriend van Theo van Gogh, maar ik ben nu wel een vijand van zijn moordenaar.
Dit artikel verscheen eerder op: |
Liberales verstuurt wekelijks een gratis nieuwsbrief met interviews, essays en boekbesprekingen. Inschrijven kan op www.liberales.be.
Regenteske Islamo-socialistische wurggreep
Ondanks 9/11, de moordaanslag in Madrid en de moord op van Gogh wordt het failliete cultuurrelativisme getuige het Turkse toetredingsbeleid nog steeds door de gehele Nederlandse politieke elite omhelsd.
Maar bovendien zijn ook onze beleidsbeinvloedende en adviserende maatschappelijke instellingen inmiddels in hoge mate hierdoor vergiftigd. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een groot deel van de pers en het ambtenarenapparaat.
Daarom dient om te beginnen deze situatie ontmaskerd en in kaart gebracht te worden.
Pas wanneer er daarnaast een “nieuwe generatie” politieke woordvoerders tevoorschijn komt, die niet gebonden is aan de versteende regenteske tradities en codes, is er een kans aan de wurggreep van het islamo- of moslimsocialisme te ontkomen.
Het moment is aangebroken om de multi-culturele
samenleving “dood” te verklaren en de Nederlandse
cultuur als leidende cultuur in ere te herstellen.
Zo halen we allerlei geïmporteerde fanatici de wind uit
de zeilen en zal het de integratie bevorderen.
De huidige tijdgeest zal de media, politiek en het
ambtenaren apparaat dwingen een andere koers te gaan varen.
Bovengenoemde zullen de leugen van de multi-culturele
samenleving niet langer kunnen rechtvaardigen om hun
tientallen jaren falende beleid te verhullen.
Ik kan me niet herinneren het woord multi-culturele
samenleving ooit te hebben gehoord in de jaren
zeventig of tachtig. Pas vanaf begin negentig toen
Nederland verstrikt raakte in z’n eigen ellende begon
deze overheidspropaganda.
Comments are closed.