Slaven werden doorgaans om economische redenen gehouden en niet uit slechtigheid. Slaven waren kostbare productiemiddelen die goed verzorgd moesten worden om hun arbeidsvermogen en waarde te behouden. Slaven waren ook niet goedkoop aan te komen, voor de Amerikaanse markt bijvoorbeeld was er een heel intercontinentaal systeem van rekrutering, aanvoer, overslag, transport en handel nodig om ze op de gewenste werkplek te krijgen.
Verder hadden slaven redelijke voeding, huisvesting en gezondheidszorg nodig om uitval zoveel mogelijk te beperken.
Niet iedere slaaf was blij met zijn nieuwe betrekking zodat intensief toezicht moest voorkomen dat ze in de verleiding zouden kunnen komen om naar elders te vertrekken en als ze toch waren vertrokken moest er moeite worden gedaan om ze weer op te sporen en over te halen terug te gaan. Het kwam ook voor dat slaven in opstand kwamen.
Een hoop mogelijke ellende dus.
De slavenexploitant liep naast het risico dat zijn slaven door omstandigheden afgewaardeerd zouden kunnen raken ook nog het ondernemersrisico op de productie van zijn bedrijf waar de slaven ingezet werden, als zijn markt instortte dan kon hij het dak op met zijn slaven die nog steeds dure verzorging nodig hadden. Kortom, het bedrijfsmatig inzetten van slavenarbeid was een tamelijk riskante zaak in vroegere tijden. Lucratief als het goed ging maar dodelijk als het fout ging.
De moderne slavernij is veel effectiever en is totaal risicoloos voor de moderne slavenhouder. De huidige slavenexploitant is de staat bestaande uit politici en ambtenaren en de slaven zijn de werkenden onder ons. In tegenstelling tot de ondernemende slavenhouder van weleer die iets produceerde dat nog omgezet moest worden in geld loopt de staat geen enkel risico omdat deze niets onderneemt en niets produceert. De staat laat de mensen feitelijk gewoon hun gang gaan, initiatieven ontplooien, innoveren, risico’s lopen en hard werken.
De staat hoeft alleen in de gaten te houden waar er geld aanwezig is om daar vervolgens een flink deel van op te eisen: de hele fase van producten maken en omzetten in geld met alle bijkomende ellende, lasten en risico’s wordt hier heel efficiënt overgeslagen. We zien dan ook dat het enige wat de complete staat feitelijk de hele dag doet is speuren naar geld onder de werkenden.
De slaven hoeven ook niet meer in hun bewegingsvrijheid te worden beperkt, ze kunnen toch nergens heen omdat ook de staten om ons heen als slavenhouders acteren en verder voorzien de slaven helemaal in hun eigen onderhoud en hoeven ze niet meer in Afrika te worden gehaald omdat ze zelf wel de volgende generatie lijfeigenen produceren.
Uiteraard beschikt de staat over een eigen militie (de politie) als dreiging op de achtergrond tegen mogelijke onwilligen maar die hangende dreiging zelf is doorgaans voldoende om potentieel onwillige slaven in het gareel te houden en door de socialistische ideologie die vanuit de staat wordt gepropageerd gelooft een overgroot deel van de slaven zelfs dat hun slavernij de ultieme vrijheid is en dat ze zonder hun slavenhouder-de-overheid in totale chaos zullen ondergaan.
Verder hebben de moderne slaven de illusie dat ze vrij zijn omdat ze democratisch mogen bepalen door Wie Van De Drie (CDA, PvdA en VVD) ze de volgende 4 jaar geëxploiteerd willen worden.
De staat heeft zich ontwikkeld tot de perfecte exploitant van slavenarbeid met een maximale opbrengst, minmaal risico en uiterst tevreden lijfeigenen die hun slavernij onder de schijndemocratie als vrijheid ervaren.
Wat een marketing!