Op 27 maart zal Volkert van der G. door de Amsterdamse rechtbank worden berecht. Justitie zou bij die gelegenheid kunnen uitleggen waarom de Binnenlandse Veiligheidsdienst geen greep kon krijgen op het circuit waarin de verdachte verkeerde. ,,Geen geheim agent durft nog iets op papier te zetten.”

In 1990 wordt de Wageningse student Ruud van Aken door de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD, de huidige AIVD) gevraagd om informant te worden. Van Aken is lid van GroenLinks en stapt naar de top van de lokale raadsfractie. Daar krijgt hij opdracht om het volgende gesprek met de BVD-agente op te nemen met een verborgen microfoontje. Vervolgens laat GroenLinks het gesprek via de pers uitlekken om zo het werk van de BVD te frustreren. Voor de inlichtingendienst zit er dan niets anders op dan de infiltratie af te blazen. De BVD probeerde informatie te verzamelen over ondergrondse actiecellen van milieuactivisten, waarin ook Volkert van der G. actief was. Saillant detail: een van de GroenLinks-bestuurders die in 1990 het sabotageadvies aan de student gaf, was de latere wethouder en loco-burgemeester van Wageningen Jack Bogers. Deze week werd bekend dat justitie hem zal vervolgen omdat hij
Van der G.’s werkgever direct na de arrestatie van de moordenaar hierover tipte. Hiermee reed hij de recherche ernstig in de wielen.

Philip Agee

De vijandigheid van GroenLinks tegenover de inlichtingendiensten is historisch verklaarbaar. De partij is in 1990 uit onder meer de Communistische Partij van Nederland (CPN) voortgekomen. Deze partij functioneerde het grootste deel van de Koude Oorlog als een vijfde colonne van de staatsvijand: de Sovjet-Unie. In de jaren zeventig kreeg de CPN bijvoorbeeld geld uit de Sovjet-Unie om acties tegen de Amerikaanse bewapening te organiseren. Ook was de politieke partij in deze periode solidair met communistische opstandelingen in de derde wereld. Daarom werden de communisten door de westerse regeringen scherp in het oog gehouden. Maar in de jaren zeventig beschikten de communisten ook over een eigen bron op het gebied van geheime diensten: Philip Agee die na een mislukte carrière bij de Amerikaanse inlichtingendienst CIA was overgelopen naar het communistische Cuba. Agee onthulde in de jaren zeventig de identiteit van Amerikaanse spionnen in het Oostblok. Een aantal van hen werd daarop vermoord.

Het probleem ligt bij het kapitalisme en het is het kapitalisme dat moet worden tegengegaan, waarbij de CIA, FBI en andere veiligheidsdiensten niets meer of minder zijn dan logische, noodzakelijke uitingen van een heersende klasse die er alles aan zal doen om zijn macht en privileges te behouden, schreef Agee in een van zijn boeken. Om deze doelstelling te verwezenlijken organiseerde hij een enorm netwerk van organisaties die tegen westerse inlichtingendiensten actie begonnen te voeren.

Vies en voos

De Nederlandse onderzoeker Peter Siebelt bereidt momenteel een publicatie voor over het netwerk rond Volkert van der G. “Ik zie Agee, die eind jaren zeventig in Nederland verbleef, als de geestelijk vader van de acties tegen de BVD,” zegt Siebelt.” En zijn persoonlijke belangen moeten we hiervan niet los zien.” Juist op het moment dat Agee vanwege zijn ondermijnende activiteiten dreigde het land te worden uitgezet, richtten de Anne Frank Stichting, de extreem-linkse financier XminY en andere progressieve groeperingen in 1977 de Werkgroep voor de Rechtstaat op. De werkgroep uitte haar bezorgdheid over het Verdrag tot Bestrijding van het Terrorisme dat in dat voorjaar aan de Tweede Kamer ter goedkeuring zou worden voorgelegd.

Het mocht niet baten: Agee werd Nederland uitgezet. Wel werden zijn ideeën overgenomen door Nederlandse activisten. Zij hielden de gedachte levend dat inlichtingendiensten vies en voos zouden zijn. Dit gebeurde door middel van demonstraties met buitenlandse handlangers van Agee, maar ook met de hulp van bevriende media. Hierin werd een beeld gecreëerd van westerse en pro-westerse diensten dat soms opzettelijk herinnerde aan Hitlers geheime politie Gestapo.

Complottheorieën, waarin vooral de Amerikaanse CIA en de Israëlische Mossad werden afgeschilderd als sluwe manipulatoren, tieren sindsdien welig. Zo verscheen in 1981 Gordon Winters autobiografie “Geheim agent voor Zuid-Afrika.” Voor de Nederlandse editie schreef de auteur drie extra hoofdstukken. Winter blaast in zijn boek de loftrompet over Philip Agee. Schrijver Philip Dröge maakte het ook bont toen hij prins Bernhard afschilderde als CIA-agent. In zijn vorig jaar verschenen boek “Beroep meesterspion” spreekt hij zijn dank uit aan juridisch adviseur Roger Vleugels.

Van der G.

Vleugels is volgens Peter Siebelt een van de breinen achter de campagne om de BVD te verlammen. In 1990 was hij betrokken bij de oprichting van de Vereniging Voorkom Vernietiging (VVV), ook al een organisatie die de BVD dwars zat. Vleugels vertelt: “De overheid had het voornemen om medio 1991 te beginnen met het vernietigen van BVD-dossiers. Door juridische procedures van de VVV en door toedoen van de Tweede Kamer is er tot op heden feitelijk sprake van geen vernietiging en komt er mogelijk een permanent moratorium om blijvend onderzoek aan deze archieven mogelijk te maken. De nieuwe wet kent daar ook doelbewust ruimere inzage-mogelijkheden voor.”
Onderzoeker Siebelt ziet echter een dubbele agenda. “De bedoeling van een oud-beroepsactivist als Vleugels is duidelijk. Door deze eisen te stellen, durft geen geheim agent nog iets op papier te zetten, uit angst dat het in de verkeerde handen komt.”

Overigens heeft Vleugels ook juridische adviezen gegeven aan Van der G. in diens hoedanigheid van medewerker van de Vereniging Milieu-Offensief. En er is nog een verband met milieuactivisme. Direct na de affaire-Van Aken eiste de VVV inzage in het BVD-dossier van de actiegroep NoGen. NoGen publiceerde in het radicaal-linkse maandblad Lekker Fris gedetailleerde gegevens over biotechnologische veldproeven die konden worden gebruikt door groepen die de velden wilden vernielen. Van der G. was actief in deze groepen.

Tips

Er zijn ook sterke aanwijzingen dat Vleugels heeft samengewerkt met onderzoeksbureau Jansen & Janssen. Dat blijkt uit notulen van vergaderingen. Vleugels ontkent echter ten stelligste, zowel hij ook zegt nooit een beroepsactivist geweest te zijn. “Ik zou niet weten wat dat is. Ik heb altijd gewerkt en nooit een uitkering gehad.”
Jansen & Janssen maakt volgens onderzoeker Siebelt deel uit van het netwerk van Philip Agee dat uit was op het frustreren van de westerse inlichtingendiensten. Het in 1984 uit de krakerswereld voortgekomen collectief geeft activisten tips hoe ze opsporingsmethodes kunnen omzeilen en wat ze moeten doen bij arrestatie.

Berucht werd de brochure Regenjassendemocratie” (1990), over de manier waarop de BVD binnendrong bij linkse groeperingen van GroenLinks tot RaRa. “Met deze publicatie deelde J&J een gevoelige klap uit aan de inlichtingendiensten,” jubelde actievoerdersblad Ravage.
Jansen & Janssen zegt in zijn publicaties ronduit tegen al te grondig onderzoek naar terrorisme te zijn. Dat zou kennelijk ook hun achterban wel eens in de problemen kunnen brengen. “Het gaat de BVD niet alleen om RaRa maar ook om het in kaart brengen van de gehele anti-imperialistische beweging in Nederland en haar historische ontwikkeling,” aldus Jansen & Janssen over het RaRa-onderzoek, waarin onder anderen het huidige GroenLinks-kamerlid Wijnand Duyvendak tot de verdachten behoorde. Het was ook Buro Jansen & Janssen dat volgens GroenLinkser Bogers het advies gaf om geluidsopnamen van het gesprek met de BVD-agente te maken.

Privé-adressen

In de jaren tachtig bekwaamde het krakersblad Bluf! zich in Philip Agee’s onthullende methodes. Redacteur van Bluf! was bovengenoemde Duyvendak. Nadat het blad geheime stukken had gepubliceerd van de militaire inlichtingendienst deed de politie een inval bij de huisdrukker en confisqueerde de hele oplage.

Duyvendak was ook betrokken bij een andere affaire. Deze begon in oktober 1990 toen vredesactivist Joop de Boer werd ontvoerd door gemaskerde personen. Tijdens een langdurig verhoor, waarbij gebruik werd gemaakt van stroomstoten, ontmaskerden deze activisten hem als BVD-informant. Zijn bekentenissen worden verwerkt in het boek “De tragiek van een geheime dienst.” GroenLinks-kamerlid Wilbert Willems was er als de kippen bij en stelde Kamervragen over De Boers betrokkenheid bij radicale acties. Er zouden nog vele Kamervragen van GroenLinks over BVD en politie volgen. Het boek werd verspreid via uitgeverij Ravijn. Redactielid van de uitgeverij was Duyvendak. Woordvoerster was Eveline Lubbers, die ook werkte voor Jansen & Janssen.

In het boek waren ook foto’s, privé-adressen en telefoonnummers te vinden van functionarissen van de politie-inlichtingendienst. Een aantal van hen zag zich genoodzaakt te verhuizen.
Oud-politieman Martin Kievits kan meepraten over de dramatische gevolgen van zulk soort publicaties. “Krakers staken onze auto’s in brand, kladden hakenkruizen op onze huisdeuren, en wij – én onze veelal jonge gezinnen – werden thuis tot diep in de nacht telefonisch bedreigd. Wij werden van onze werkplek – van wélk politiebureau in Amsterdam dan ook -per auto naar huis gevolgd door deze lieden om ons privé-adres te kunnen achterhalen. Wij werden daarbij soms klemgereden en bedreigd.”

Kievits reed nooit rechtstreeks naar huis. “Wij keerden halverwege plotseling om te controleren of wij werden gevolgd. Regelmatig pleegden de activisten inbraken in onze auto’s en politiebureaus, met als doel gegevens te achterhalen en politie-uitrusting te stelen en te vernielen.” Eenmaal binnen maakten de activisten ook nog eens een grote smeerboel door hun behoefte te doen. Kievits: “Ons werd aangeraden om tijdens woon-werkverkeer ons dienstpistool mee te nemen. Gezinnen zijn eraan kapotgegaan.”

In de wereld van Jansen & Janssen wordt dat ietwat anders geïnterpreteerd. “De AIVD denkt iedereen ongestraft te kunnen beloeren. Sommige mensen loeren terug,” aldus de flaptekst van hun nieuwste boek. Ondertussen loerde niemand meer naar de Van der G.’s van deze wereld.

Dit artikel is eerder gepubliceerd in het Reformatorisch Dagblad, op 15 februari 2003