Op zaterdag 9 maart is in het Airporthotel te Rotterdam een libertarisch trefpunt gehouden. Een van de uitgenodigde sprekers was Stan Tyminski, een miljonair die in november presidentskandidaat in Polen is geweest. Tyminski was daarvoor al enkele dagen in Nederland geweest, waar hij kennis had gemaakt met diverse Europese libertariërs. Hoewel Tyminski geen libertariër is, is hij ook kandidaat geweest voor de libertarische partij van Canada. Tot spijt van veel trefpuntbezoekers is Tyminski ’s ochtends weer naar Polen vertrokken om een staking van boeren bij te wonen, zodat zijn lezing niet door kon gaan.

Stefan Blankertz, een Duitse onderwijssocioloog, hield de eerste lezing over staatsonderwijs. Hij gaf aan hoe de overheid haar onderwijsprogramma’s aan de mensheid opdringt, door middel van wetgeving, subsidiëring, en de leerplicht. Het effect van deze opgelegde scholing leidt er volgens Blankertz toe dat kinderen al vroeg een autoritaire denkwijze wordt aangeleerd. Daardoor leren mensen al op jeugdige leeftijd een onvrije maatschappij te accepteren. Volgens Blankertz kun je kinderen niet dwingen gemotiveerd te zijn om te leren. Hij stelt voor om de leerplicht af te schaffen, en het onderwijs te privatiseren. In de discussie stelde Blankertz dat deze privatisering ook met een belastingverlaging gepaard zou moeten gaan, zodat de mensen met de laagste inkomens niet gedupeerd worden. De tweede lezing werd verzorgd door Albert Maris, uitgever van het tijdschrift “De Zelfstandige”. Maris belichtte de aankomende Europese eenwording van twee kanten. Aan de ene kant zag hij een gevaar in de politieke eenwording. De Eurocraten in Brussel zullen de overheidsinvloed in Europa eerder vergroten dan verkleinen. Eén van de manieren waarop de Eurocraten nu al de economie verstoren, is het creëren van potentiële monopolies d.m.v. wetgeving. Om werkelijke monopolievorming te voorkomen is uiteraard veel overheidsingrijpen nodig vanuit Brussel. Zodoende maakt de overheid zichzelf “nuttig”.

Aan de andere kant is de Europese eenwording destijds geïnitieerd om van Europa een vrijhandelszone te maken. Een positief effect van de Europese eenwording is de afschaffing van het inter-Europese protectionisme. Ook zullen handelsvergunningen en middenstandsdiploma’s overal in de E.E.G. gaan gelden, zodat er relatief meer vrije handel kan plaatsvinden.

Na de lunch sprak Christoffer Lingle, een professor in “public choice economics” uit Luxemburg, over de politieke eenwording. Volgens Lingle hebben in een parlementaire democratie niet alle burgers evenveel invloed op de politiek. De politici voeren een beleid waarin bij subsidiëring en bezuiniging vooral rekening wordt gehouden met belangengroepen. De belangengroepen zijn immers hele groepen stemmers tegelijk die je op deze manier massaal voor of tegen je kan krijgen. Bovendien zijn deze groepen van belang voor politici omdat ze een grote invloed op de pers hebben, en daarmee op de publieke opinie. Zodoende is de invloed van woordvoerders van belangengroepen op de politiek onevenredig groot. In een kleinschalig politiek systeem zijn de belangengroepen kleiner dan in een grootschalig politiek systeem. Bij een vergroting van het politiek systeem wordt daarom de invloed van de woordvoerders van belangengroepen t.o.v. die van elk andere individu nog groter. Centralisatie van de overheidsmacht in Brussel vergroot dus de tirannie van de belangengroepen. In plaats van centralisatie en harmonisatie geeft Lingle de voorkeur aan decentralisatie en grotere concurrentie tussen politieke systemen, zodat mensen kunnen gaan wonen waar het politieke klimaat het beste voor hun is.

De vierde spreker was Innocent Eleasu, een econoom uit Nigeria. Eleasu noemde de plannen van de Eurocraten om de E.E.G. met Oost-Europa en de Noordelijke staten van Afrika uit te breiden. De Europese eenwording is volgens Eleasu een “schot in de arm” van Nigeria. Een dergelijke uitbreiding van .Fortress Europe’ zou voor Nigeria helemaal slecht uitpakken. Een van de belangrijkste problemen voor Nigeria is het Europese protectionisme, dat de Nigeriaanse handelsmogelijkheden sterk benadeelt. Ook het subsidiëren van grote Europese bedrijven maakt het voor bedrijven uit Nigeria vrijwel onmogelijk om hier tegen te kunnen concurreren. Hei zou erg droevig zijn als de handel van Nigeria met de Noord-Afrikaanse staten ook door .Fortress Europe’ zou worden vernietigd.

Eleasu noemde ook een aantal gunstige ontwikkelingen in de “derde wereld”. In Nigeria, Ghana, Zuid-Korea en Taiwan wordt in hoog tempo geprivatiseerd en gedereguleerd, met een sterke groei van de welvaart als gevolg. Volgens Eleasu is economische vrijheid onlosmakelijk verbonden met burgerlijke vrijheid. Hij heeft veel vertrouwen in een steeds vrijer wordend Nigeria, omdat er in Nigeria een sterke vrijheidstraditie heerst, en omdat de wil om vrij te zijn in elk mens aanwezig is. De dag werd besloten met een forum, waaraan naast de genoemde sprekers ook Kees van Toorn deelnam. Van Toorn is een uitgever van Science Fiction boeken. Van Toorn pleitte er vooral voor om boeken niet te belasten, want het hinderen van de overdracht van kennis en ideeën is zeer nadelig voor elke samenleving. Het hoofdpunt in de discussie was de vraag of de eenwording van Europa meer of minder persoonlijke vrijheid zal opleveren. De meeste forumleden waren pessimistisch, en zagen de persoonlijke vrijheid van de Europeanen nog verder teruggedrongen worden. Alleen Maris zag ook enkele positieve kanten aan de eenwording, namelijk een aantal afschaffingen van handelsbeperkingen. De forumleden waren het er in ieder geval over eens, dat de Eurocraten bij het eenwordingsproces eerder naar machtsvergroting zullen streven dan naar verkleining van hun macht.