Er is een beroemde scène in de Tovenaar van Oz waar Dorothy’s hondje, Toto, het gordijn wegtrekt en de illustere tovenaar te voorschijn komt die een klein en onbeduidend menselijk wezen blijkt te zijn, wiens macht alleen uit de angst voortkwam die hij in de verbeelding van hen waarover hij heerste geprent had. Ik dacht aan deze scène toen ik zondag ochtend de TV aanzette en de onvergetelijke beelden van de vroegere dictator van Irak zag.

hussein-large.jpgHet was niet de eerste keer dat ik zijn gezicht zag natuurlijk. Wie op deze planeet heeft dat niet eerder gezien? En toch, hoe totaal verschillend leek het me nu. Er was, schokkend genoeg, bijna iets meelijwekkends aan dat gezicht. Een Engelse correspondent op VOS vergeleek zijn bebaarde en slordige uiterlijk met dat van Koning Lear en de vergelijking leek bijna perfect, tot ik me realiseerde dat de slechtste daad van Lear de ijdelheid in zijn kinderjaren was geweest, terwijl Saddam de systematische moord en marteling van duizenden van zijn eigen mensen op zijn geweten heeft.

Ik keek naar de beelden van anonieme handen die onder de wilde baard voelden, tastend zoals een dokter een patiënt onderzoekt. Ik zag dat Saddam iets zei tegen zijn onderzoeker en het scheen volkomen mogelijk dat zijn woorden iets waren als; “Ja dokter, ik heb hier al enige tijd scherpe pijn.” En ik dacht, hoe natuurlijk. Hij is in de handen van de Amerikanen en het is niet onze stijl om aan iemand medische zorg te onthouden, zelfs niet aan een monster. Als hij een tandarts nodig heeft, zullen ze hem die ongetwijfeld nog een sturen ook.

Voorzover het gevallen dictators betreft, heeft Saddam geluk gehad. Hij werd niet opgehangen en bespuugd door een menigte, zoals Mussolini, maar uit zijn benauwde kleine hol gehaald, schoongemaakt en geschoren, en zit nu, zonder twijfel, ergens warm en veilig, en boven al, levend.

Godzijdank.

Ik zeg dit niet omdat ik een zwakke plek voor meedogenloze tirannen heb, maar omdat alleen een levende Saddam Hussein de macht heeft om het beeld van de illustere Saddam Hussein te vernietigen, die zoals de Tovenaar van Oz, zoveel groter dan levensecht leek voor diegenen die hij zo lang geterroriseerd heeft. Net zoals Dorothy en haar vrienden de onbeduidende kleine man moesten zien die driftig de schakelaars en katrollen achter het gordijn manipuleerde, om hen van de angstbeelden van de omnipotente boze Oz te bevrijden, zo moesten de Irakezen zien hoe klein en onbeduidend de man was die hen in hun collectieve bewustzijn achtervolgde. En die hen zou blijven achtervolgen, zo lang het Irakese volk zich voor zou kunnen stellen dat hij op zekere dag zou terugkeren. Dat angstbeeld is nu verdwenen. Voor altijd.

Maar er is een andere reden dankbaar te zijn dat Saddam Hussein in leven is. De man die zijn landgenoten en medemoslims verzocht om hun eigen leven in zelfmoordaanvallen te offeren, om zich aan stukken te blazen om zo zijn naam te verheerlijken, is er niet in geslaagd om zijn eigen instructies op te volgen. Hij weigerde de grote kans de dood van een martelaar te sterven, of zelfs maar die van een geharde Hollywood gangster, vastbesloten zich door de politie nooit levend te laten pakken. In plaats daarvan gaf Saddam Hussein zich gedwee over en was, volgens de rapporten, zelfs behulpzaam.

De Amerikanen namen Saddam Hussein levend gevangen en hebben hierdoor veel meer gedaan dan het simpelweg omver trekken van het standbeeld van een dictator – zij hebben een collectieve nachtmerrie overwonnen. Zij hebben een schijnwerper op de boeman gericht en hem te kijk gezet als een gebroken, oude, man die zich angstig in een gat van anderhalf bij twee meter verschuilde.

We kunnen nu zien hoe dwaas we geweest zijn om betreurd te hebben dat de Amerikanen hem niet meteen op de eerste nacht hebben uitgeschakeld, toen ze een bunkerbuster op zijn schuilplaats wierpen. Was hij toen verpulverd dan zou hij kunnen zijn teruggekeerd om een permanente plaats in te Irakese verbeelding op te eisen, als een soort Mesopotaanse Freddy Krueger. Ze misten hem en we kunnen nu zien dat dit een geluk bij een ongeluk was – zoals die zo vaak ook in onze eigen levens voorkomen.

Dat is het probleem met leven in de geschiedenis, in plaats van er over te lezen als het voorbij is. Wat aanvankelijk een triomf lijkt kan enkel een prelude van een ramp zijn; wat aanvankelijk een mislukking lijkt kan slechts een noodzakelijke stap zijn richting een definitief succes. De vangst van Saddam Hussein zal misschien niet het keerpunt blijken te zijn, als we hier, decennia van nu, op terug kijken. Maar op dit moment voelt het zeker zo.

Vertaling door MJ.

Dit artikel verscheen in zijn originele vorm op Tech Central Station.