Ondanks krachtige oppositie van prominente wetenschappelijke en economische adviseurs heeft President Poetin besloten goedkeuring aan de Doema te vragen voor de ratificering van het Kyoto-verdrag.
In het klimaatdebat lopen politiek en wetenschap in toenemende mate uiteen, terwijl de economie (kosten-baten-analyse) nagenoeg afwezig is. Deze divergentie is niet houdbaar.
Ondanks krachtige oppositie van prominente wetenschappelijke en economische adviseurs heeft President Poetin besloten goedkeuring aan de Doema te vragen voor de ratificering van het Kyoto-verdrag, dat een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen beoogt, in het bijzonder CO2. Door de Russische deelname wordt de kritische drempel overschreden waarbij het verdrag in werking kan treden.
Adrei Illarionov, de economische adviseur van President Poetin en een van de meest fervente tegenstanders van Kyoto, verklaarde bij die gelegenheid dat deze beslissing de kansen van Rusland op een verdubbeling van het BBP rond 2010 zou torpederen. Hij voegde daaraan toe dat niemand gelooft dat Kyoto Rusland voordeel zal opleveren en dat ook de wetenschappelijke basis niet deugt. Het is een zuiver politieke beslissing, aldus Illarionov.
Volgens commentatoren dient deze te worden gezien als een concessie van Rusland om de steun van de EU te verwerven voor het Russische lidmaatschap van de Wereld Handels Organisatie (WHO).
De Russische ommezwaai is verassend, eens te meer daar de scheidende Eurocommissaris voor Energie, Loyola de Palacio, nog vorige week tegenover het Europese Parlement had verklaard pessimistisch te zijn over de Russische deelname aan Kyoto. Zij verbond daaraan de conclusie dat de EU haar positie ten aanzien van Kyoto en in het bijzonder de CO2-emissiehandel, die de hoeksteen vormt van het Europese Kyoto-beleid, zou dienen te herzien.
Palacio’s opmerkingen kunnen worden geïnterpreteerd als een nuchtere analyse van Rusland’s positie van een week geleden. Maar het is ook niet geheel ondenkbaar dat gezien de groeiende weerstand vanuit het bedrijfsleven, een Russische weigering, door velen binnen Europa als een godsgeschenk zou zijn verwelkomd, omdat deze de gelegenheid zou hebben geboden tot een eervolle aftocht. Indien deze interpretatie juist is, zal de EU op zoek dienen te gaan naar een nieuw alibi.
Maar laten we even aannemen dat Rusland en de EU erin zullen slagen de laatste plooien glad te strijken, wat zal dat dan opleveren? De VS en Australië hebben reeds laten weten niet mee te doen. Japan doet wèl mee, maar zal zijn industrie geen dwingende emissieplafonds opleggen. Derde Wereldlanden met veel uitstoot, zoals China en India, zijn vooralsnog vrijgesteld van reductieverplichtingen. Het resultaat zal dus een soort Europees mini-Kyoto zijn. De kosten daarvan zijn natuurlijk lager dan wanneer alle (rijke) landen daaraan deel zouden nemen, maar deze dienen uitsluitend door Europa te worden gedragen. Het netto afkoelingseffect zal minimaal zijn. Indien alle ontwikkelde landen aan het Kyoto-verdrag zouden deelnemen, zou het afkoelingseffect daarvan volgens klimaatwetenschappers van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) 0,02 graden Celsius in 2050 bedragen (dat is op een normale thermometer niet waar te nemen). Als Europa Kyoto alleen gaat uitvoeren zal de afkoeling navenant lager zijn. M.a.w. indien men werkelijk de vermeende antropogene (door de mens veroorzaakte) opwarming van de aarde wil beperken is dit slechts een eerste stapje. Volgens de voorstanders van Kyoto dient deze eerste stap door vele andere stappen (10 – 30 vervolg-Kyoto’s) te worden gevolgd. Gegeven het feit dat deze eerste stap reeds zo veel jaren heef gevergd en dat het hier gaat om het plukken van laaghangend fruit, lijkt het hoogst onwaarschijnlijk dat die vervolgstappen er zullen komen.
Door de ineenstorting van de centrale planeconomie heeft Rusland een behoorlijke ruimte om CO2-emissierechten te verkopen. Dat brengt geld in het laatje en is dus aantrekkelijk. Maar daaraan komt naar verwachting in de periode 2008-2012 een einde. Dan moet Rusland ook emissierechten gaan inkopen. Wég voordeel! Maar tot die tijd kan Rusland eraan verdienen. In deze periode zal sprake zijn van ‘paper compliance’. Formeel werkt Kyoto, maar er zal nauwelijks minder CO2 worden uitgestoten. Ondertussen zal er een netto transfer van fondsen van West-Europa naar Rusland plaatsvinden. Dat geeft de West-Europeanen een warm gevoel en de Russen een zak met geld.
Maar men dient niet te vergeten dat de antropogene broeikashypothese aan toenemende kritiek bloot staat. Het aantal sceptische artikelen in wetenschappelijke bladen laat de laatste tijd een opmerkelijke groei zien. In het bijzonder richt deze kritiek zich op de temperatuurmetingen. Metingen aan de oppervlakte van de aarde laten inderdaad een opwarming zien, maar dat geldt niet voor (nauwkeuriger) metingen in de hogere luchtlagen met behulp van ballonnen en satellieten. De meest gedurfde alternatieve hypothese is misschien wel die van twee Nederlandse wetenschappers, Arthur Rörsch en Dick Thoenes, alsmede één Engelse wetenschapper, Richard Courtney (zie het laatste nummer van SPIL, kritisch tijdschrift over landbouw, landschap, natuur, milieu en leven in het landelijk gebied). Zij zijn van oordeel dat de temperatuur bepalend is voor de CO2-concentratie in de atmosfeer, en niet andersom, zoals dat volgens de antropogene broeikashypothese het geval is. Verwacht wordt dat dit artikel aanleiding zal geven tot een storm van kritiek. Het resultaat van de discussie zal dienen te worden afgewacht. Maar als ze gelijk hebben en krijgen, is dat de doodsteek voor Kyoto.
Dit artikel is eerder verschenen in het Financieel Dagblad op 19.10.04.