Libertarianism has only a tiny ideology: “Thou shalt not aggress”

Belasting/Sociale Premies

De vraag van de Kleinste Politieke Quiz die in dit hoofdstuk besproken wordt, gaat over de belastingen en de verplichte sociale premies. Het beantwoorden van deze vraag is tegelijk gemakkelijk en moeilijk.

Het is gemakkelijk voor diegenen die de filosofie van het libertarisme al begrijpen. Immers voor hen is het duidelijk dat het hier in beide gevallen om het initiëren van geweld gaat.

Voor (nog)-niet libertariërs blijkt dit echter vaak problemen op te leveren. Men gaat meestal onmiddellijk in discussie over hoe dan allerlei maatschappelijke zaken geregeld moeten worden.

De verleiding is dan groot om door te praten over de libertarische oplossing van het eerst genoemde probleem. Als dat al min of meer bevredigend wordt uitgelegd, komt meteen een ander probleem. En dat dan? En hoe doe je dan? En dat gaat door tot beide partijen niet tevreden zijn en dan maar ophouden.

Een betere weg om de libertarische weg uit te leggen, is het antwoord te splitsen. Probeer eerst duidelijk te maken dat het libertarisme tegen het initiëren van geweld is, en dat beide maatregelen wel degelijk al direct beginnen met de dreiging van geweld (dwang). Geweld dat ook gebruikt wordt als de dreiging alleen niet helpt.

Probeer de discussie principieel te houden en de oplossingen pas later te bespreken. Als je het principieel niet eens wordt, heeft verdere discussie vaak geen zin.

Daarna kunnen dan allerlei maatschappelijke zaken worden besproken die nu uit de belastingen of verplichte sociale premies worden gefinancierd. Dit is een eindeloze reeks, want er is niet veel te bedenken waarmee de overheid zich niet bemoeit. Van milieu tot voetballen en van vóór de geboorte tot na de dood!

Over de libertarische oplossingen van veel problemen kunnen we wel een heel boek volschrijven. In allerlei andere artikelen in de Vrijbrief leest u daar al over. Mocht u in deze rubriek een speciaal onderwerp behandeld willen hebben, laat dat dan aan de redactie weten en we zullen zorgen dat het in orde komt.

Als toelichting op dit onderwerp nog een paar nuttige aanwijzingen.

Door bijvoorbeeld tegen de verplichte sociale premies te zijn, krijgen veel mensen de indruk dat het libertarisme tegen de zorg voor andere mensen is. Dit is onjuist. Er zijn veel libertariërs die wel degelijk zorg voor andere mensen hebben en die er ook daadwerkelijk iets aan doen. Er bestaat zelfs een Stichting, LIFHAS, (Libertarisch Fonds voor Hulp Acties) die probeert noden van andere mensen te lenigen. Maar dan wel op een libertarische manier, dus geheel op basis van vrijwilligheid. In feite kun je je in dit kader ook nog afvragen welke verdienste er is aan het helpen van medemensen als je daartoe gedwongen wordt.

Als mensen er mee geholpen worden is dat een vorm van “consumptie”. Om echter iets te kunnen consumeren, moet het eerst ergens door iemand “geproduceerd” zijn. Daarom is het belangrijk dat er in de maatschappij zoveel mogelijk (nuttig) geproduceerd wordt. Hieruit volgt dan dat het logisch is om te streven naar een maatschappijstelsel dat de maximale productie oplevert.

Na het in elkaar storten van de socialistische Oost-Europese systemen moet het duidelijk zijn dat een vrije maatschappij met een vrije economie daarvoor verreweg de meeste mogelijkheden geeft. Dit wordt onder andere op een briljante wijze aangetoond in het boek van Hans-Hermann Hoppe: A Theory of Socialism and Capitalism, Economics, Politics and Ethics.

We hopen dit boek in de Vrijbrief te bespreken. Vaak is het nuttig om duidelijk te maken dat er een verschil is in “belastingen” en “verplichte sociale premies”, ook al is er geen verschil in de inning met gebruik van dwang.

Belasting wordt opgelegd, geïnd en dan door de overheid toegezegd aan allerlei zaken. De sociale premies zijn bestemd voor een bepaald doel, bijvoorbeeld werkeloosheidsuitkering, en zijn een “omslagstelsel”.

Het is niet zo dat men zich “verzekert” en dan recht heeft op een uitkering. Nee, men krijgt een uitkering en de kosten worden omgeslagen op de andere daarvoor in aanmerking komende, aangewezen, personen. Hoe meer ik gebruik, hoe meer anderen moeten betalen!

Een verzekering waaraan een ieder die daarvoor belangstelling heeft vrijwillig betaald, zou eerlijker en goedkoper zijn.

Het wordt zelden uitgesproken, maar vaak is in de discussie een angst aanwezig voor de eigen persoon. “Wat als ik zelf in de toekomst een uitkering nodig heb? Als ik ziek of werkeloos word?” Wat gebeurt er dan in een libertarische maatschappij als die verplichte premies en die rechten op uitkeringen worden afgeschaft?

Het is goed om die reële angst te onderkennen en dan te proberen de oplossing aan te dragen. Bij dit alles hebben we ook nog te maken met het feit dat de meeste mensen moeite hebben om zich los te maken van de huidige toestand en van wat hen altijd geleerd is: “zo is het toch altijd geweest, en het zal wel niet anders kunnen.” Het basisprincipe van het libertarisme is eenvoudig. Zeker als iemand het eenmaal door heeft. Maar anderen tot dit inzicht te laten komen zal nog veel tijd vergen. Desalniettemin zijn we op de goede weg en de gebeurtenissen die in Oost-Europa plaats vinden, kunnen mensen een nog beter en sneller inzicht geven dat een onvrije maatschappij zeker de verkeerde oplossing voor alle problemen is.